aan de raad der
gemeente Breda
nr. 239
CK /897911242
Voorstel met betrekking tot de plannings-
lijsten nieuwbouw en verbetering van
woningen: 1990-1994
Hierbij verwijzen wij uw raad naar de door ons college ingediende plannings-
lijsten nieuwbouw en verbetering van woningen: 1990-1994*.
Jaarlijks dienen de gemeentelijke planningslijstendie een tijdvak van 5
jaar bestrijken, voor 1 september te worden opgesteld en bij het college van
Gedeputeerde Staten te worden ingediend. Gelijktijdig gaan er doorslagen
naar de directie van de Volkshuisvesting in de provincie Noord-Brabant.
De planningslijsten 1990-1994
In vergelijking met vorig jaar zijn de planningslijsten vrijwel ongewijzigd
gebleven
In het blad Kwantitatieve Woningbehoefte is de bewoonde woningvoorraad
vervangen door de totale woningvoorraad.
In de bladen Verbeteringsprogramma en verbeterplannen (totaaloverzicht)
wordt in plaats van "fictieve" aantallen woningen met gemiddelde
verbeterkostenbehorende bij de subsidiecategorieën, weer gevraagd
naar "echte" aantallen woningen. In de vooroorlogse subsidiecategorieën
wordt hierbij een uitsplitsing gemaakt naar woningen waarbij de
verbeterkosten minder dan 50% van de bouwkosten van vergelijkbare
nieuwbouw zijn en woningen waarbij de verbeterkosten meer dan 50% van
de bouwkosten van vergelijkbare nieuwbouw zijn.
Voor nadere informatie wat betreft het invullen van de verschillende bladen
wordt verwezen naar de "Invulinstructie 1989"*.
In de toelichting op de planningslijsten nieuwbouw en verbetering van
woningen: 1990-1994* wordt per onderdeel ingegaan op de belangrijkste c.q.
nieuwe aspecten.
De woninqbouwproduktie
In de nota van burgemeester en wethouders over het Ruimtelijk Beleid in
Breda, oktober 1988, wordt als taak gesteld dat in de periode van 1989-1997
10.000 woningen gerealiseerd moeten worden. Dat is jaarlijks gemiddeld 1.000
woningen
De RVC heeft, in haar vergadering van 12 juni 1989, voorgesteld om de
richtgetallen bij te stellen. Aanleiding hiervoor was het ophogen van de
richtgetallen voor 1990 na toepassing van een nieuwe berekeningsmethode en
het Provinciaal Statenbesluit dat "de meerdere woningen voor het merendeel
in de stadsregio moeten worden gebouwd en met name in de centrale stad".