Artikel 2tweede lid
Om meer duidelijkheid te scheppen over de vraag "wat is nu
een afzonderlijk perceel" bij gebruik van een perceel door
meerdere particuliere huishoudingen is de begripsbepaling
verder uitgebreid naar het "Haagse model".
Als afzonderlijk perceel wordt aangeduid:
"het door een particuliere huishouding als woning gebruikt
gedeelte van een gebouwd onroerend goed, waarvoor een
afzonderlijke electriciteitsmeter aanwezig is welke recht
streeks is aangesloten op het electriciteitsnet van de NV
Energie- en Waterbedrijf Breda".
Bij de opzet van deze bepaling is gelet op bestaande juris
prudentie.
Het Hof van Arnhem oordeelde in 1984 nl. als volgt:
"Indien een de gebruiker ter beschikking staand gedeelte van
een pand zodanig is ingericht, dat deze, meer dan bijkomstig
afhankelijk is van voorzieningen die niet gelegen zijn in
het gedeelte van het pand waarover hij exclusief kan
beschikken, vormt dat deel geen perceel in de zin van art.
3, eerste lid van de afvalstoffenwet" (Hof Arnhem 14.12.1984
nr. 138/1984 Vil)
Er is vanuit gegaan dat indien een gedeelte van een perceel
beschikt over een eigen electriciteitsmeter welke afzonder
lijk is aangesloten op het electriciteitsnet er redelijker
wijs kan worden aangenomen, dat degene die daarvan gebruik
maakt niet in een afhankelijke positie verkeert, waar het
gaat om het gebruik maken van voorzieningen die gericht zijn
op het zelfstandig huishouding voeren.
Het gaat derhalve om het opnemen van een éénduidig crite
rium, waarover geen misverstand kan ontstaan.
De koppeling met de aanwezigheid van een electriciteitsmeter
bij een gedeeltelijk gebruik van een onroerend gebouwd goed
door een particuliere huishouding sluit ook goed aan bij
invorderingsmogelijkheden via het ENWA-bestand.
- 3 -