SOS
aan de raad der
gemeente Breda
nr. 25^
BJZ/896809841
Voorstel van burgemeester en wethou
ders tot vaststelling van de wijziging
van de gemeenschappelijke regeling
"Woonwagenschap Breda".
Op 14 april 1989 is door het algemeen bestuur van het Woon
wagenschap Breda een ontwerp tot wijziging van de gemeenschap
pelijke regeling "Woonwagenschap Breda" vastgesteld.
Bij schrijven per gelijke datum* werd door het dagelijks be
stuur van het Woonwagenschap aan college en raad verzocht om,
ieder voor zover het hun bevoegdheden betreft, overeenkomstig
dit ontwerp te besluiten tot goedkeuring van genoemde wijzi
ging.
De wijziging heeft tot doel de gemeenschappelijke regeling
"Woonwagenschap Breda" in overeenstemming te brengen met de
nieuwe Wet gemeenschappelijke regelingen. Ingevolge deze wet
zullen immers alle op 1-1-1985 bestaande gemeenschappelijke
regelingen per 1-1-1990 van rechtswege zijn opgeheven, tenzij
zij eerder zijn aangepast aan het bepaalde in de nieuwe wet.
De aanpassingen in verband met de Wet gemeenschappelijke rege
lingen betreffen met name:
a. samenstelling van de bestuursorganen;
b. informatie- en verantwoordingsplicht en mogelijkheid tot
tussentijds ontslag van gemeentelijke vertegenwoordigers in
de bestuursorganen;
c. openbaarheid van de vergaderingen;
d. aanwijzing gemeentebestuur dat zorgdraagt voor het toezenden
van de regeling aan gedeputeerde staten;
e. uitdrukkelijke vermelding van de toegekende bevoegdheden en
daarin eventueel aangebrachte beperkingen.
Naast de wettelijk noodzakelijke aanpassingen is van de gele
genheid gebruik gemaakt om de regeling op een aantal punten te
aktualiseren, nlten aanzien van:
1. omschrijving van plaats en maximum aantal standplaatsen van
(daadwerkelijk ingerichte) woonwagencentra;
2. mogelijkheid tot wijziging standplaatscapaciteit woonwagen-
3. aanwijzingsprocedure m.b.t. lokaties woonwagencentra.
In onze schriftelijke reaktie d.d. 29-5-1989* op het verzoek
van het Woonwagenschap hebben wij - nadat ambtelijk overleg
hierover had plaatsgevonden - het bestuur verzocht enige aan
vullende bepalingen op te nemen ten aanzien van de informatie-
en verantwoordingsplicht. Dit omdat naar onze mening de wette-
centra;
