nr. 16
3
Gezien genoemde overeenkomsten tussen beide typen woningen leek het echter
alleszins redelijk om voor deze twee soorten woningen een zoveel mogelijk
gelijkluidende toewijzingsprocedure overeen te komen. Het voorstel daartoe,
dat u als bijlage bij het concept-raadsbesluit aantreft, is op 28 april
1988 onderwerp van bespreking geweest tussen wethouder E.W. Rattink en de
besturen van de verzorgingstehuizen. Dit voorstel betreft qua procedure
een uitwerking van het eerdere voorstel van 23 oktober 1986
waarmee de afzonderlijke tehuizen al hadden ingestemd. De beoordelings
criteria in het voorstel bij het concept-raadsbesluit zijn dezelfde als die
in het voorstel van 23 oktober 1986.
De belangrijkste uitgangspunten van de nieuwe procedure zijn:
een, zoals reeds gesteld, zo veel mogelijk gelijkluidende toewijzings
procedure voor aanleunwoningen en steunpuntwoningen;
- de centrale registratie van kandidaten vindt plaats bij de Stichting
Woonruimteverdeling Breda;
- de inhoudelijke advisering omtrent de toewijzing wordt verricht door
de Indicatiecommissie;
- de taken van de Stichting Woonruimteverdeling Breda zijn: inschrijven
woningzoekenden, bemiddeling wanneer men voor andere woningen dan
aanleunwoningen of steunpuntwoningen in aanmerking wenst te komen en
verlenen van de woonvergunning (door de door burgemeester en
wethouders
daartoe gemandateerde ambtenaar);
- de tehuizen en de steunpunten kunnen door middel van de zogenaamde
zorgcategorieën invloed uitoefenen op de zorglast van de kandidaten
die worden voorgedragen voor toewijzing;
- procedure, verantwoordelijkheden en criteria worden vastgelegd in de
woonruimteverordening
Op grond van het voorgaande stellen wij u voor om in te stemmen met de in
de bijlage bij het concept-raadsbesluit opgenomen procedure en beoordelings
criteria voor de toewijzing van aanleunwoningen en steunpuntwoningen. Een
wijziging van de woonruimteverordening in genoemde zin zal dan worden
opgesteld en ter goedkeuring aan u worden voorgelegd. Vooruitlopend op deze
vaststelling stellen wij u echter tevens voor om reeds per 1 januari 1989
met de toewijzingsprocedure conform het voorstel van start te gaan. In
afwachting van de formeel gewijzigde woonruimteverordening kan daarbij een
beroep worden gedaan op artikel 19 van de verordening (afwijkingsbevoegdheid
van burgemeester en wethouders).
De commissie volkshuisvesting en stadsvernieuwing kan zich met dit voorstel
verenigen.
Burgemeester en wethouders van Breda,
M.P.W.C. van Veen