nr. 279a Artikel 4 Heffings- 1. Voor de vaststelling van de heffingsgrondslag grondslag wordt de waarde in het economische verkeer bepaald op die welke aan het onroerende goed dient te worden toegekend indien de volle en onbezwaarde eigendom daarvan zou kunnen worden overgedragen en de verkrijger het goed in de staat waarin het zich bevindt, onmiddellijk en in volle omvang in feitelijk gebruik zou kunnen nemen 2. Met betrekking tot een onroerend goed als bedoeld in het derde lid wordt, in afwijking van het bepaalde in het eerste lid, de heffings grondslag gesteld op de vervangingswaarde van dat goed, bij de bepaling waarvan rekening wordt gehouden met de technische en de functionele veroudering die is opgetreden sedert de stichting van het goed, waarbij de invloed van latere wijzigingen mede in aanmerking wordt genomen 3. Het bepaalde in het tweede lid is van toepassing met betrekking tot het onroerende goed waarvoor redelijkerwijs geen verkrijger kan worden gevonden die het goed zou willen verwerven tegen een bedrag dat in een redelijke verhouding staat tot de in het tweede lid bedoelde waarde en die het goed overeenkomstig het eerste lid in gebruik zou willen nemen met inachtneming van de aard en de bestemming daarvan. Als een zodanig goed wordt in ieder geval aangemerkt het onroerende goed dat naar zijn specifieke aard en inrichting is bestemd om te worden gebruikt ten behoeve van: a. de openbare dienst door organen, instellingen en diensten van publiekrechtelijke rechts personen; b. de opwekking, de produktie, het transport of de distributie van energie en energiedragers, alsmede de winning, het transport of de distributie van water; c. de zuivering van riool- en ander afvalwater; d. de winning van delfstoffen; e. het geven onderwijs; f. de verzorging van zieken, gebrekkigen of bej aarden 4. Indien van een onroerend goed, als bedoeld onder letter a, sub 3, 4 en 5 van artikel 3, niet een zelfstandige waarde in het economische verkeer kan worden vastgesteld, wordt die waarde gesteld op een evenredig deel van de waarde in het economische verkeer dan wel de gecorrigeerde vervangingswaarde van het eigendom waarvan het deel uitmaakt. - 3 -

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1989 | | pagina 1351