nr. 279b Artikel 35 Delegatie Verplich ting/be voegdheid Betalingen Aangifte Rentebereke ning bij uit stel van be taling Burgemeester en wethouders kunnen een of meer gemeente-ambtenaren aanwijzen die in hun plaats treden met betrekking tot de uitvoering van enige wettelijke bepaling betreffende de heffing of de invordering van de belasting. Artikel 36 De verplichtingen als bedoeld in de artikelen 47, 50 en 51 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen gelden mede jegens de door burgemeester en wet houders aangewezen ambtenaren. Bevoegd tot het verlenen van afschrijving respec- velijk uitstel van betaling, als bedoeld in artikel 17 van de wet van 22 mei 1845, Stb. 22, zijn burgemeester en wethouders of de door dezen aan te wijzen gemeente-ambtenaren. Artikel 37 1. De belastingaanslagen zijn invorderbaar één maand na dagtekening van het aanslagbiljet of van de nota. 2. De betaling geschiedt uitsluitend door middel van een van gemeentewege verstrekte stortings- of overschrijvingskaart Artikel 38 Het formulier van het aangiftebiljet wordt bij afzonderlijk raadsbesluit vastgesteld. Artikel 39 1. Artikel 17, tweede lid, van de Wet van 22 mei 1845, op de invordering van 's rijks directe belastingen (Stbl. 1926, 334) zoals dat lid luidde voor de inwerkingtreding van de Wet van 26 maart 1987 tot berekening van rente inzake belastingen en premies volksverzekeringen (Stbl. 1987, 120) blijft van toepassing tot 1 januari 1997 2. Voor de berekening van interest als bedoeld in de in het eerste lid bedoelde bepaling, vinden de krachtens die bepaling gegeven regelen inzake rijksbelastingen zoals die golden tot en met 31 maart 1987, overeenkomstige toepassing. 3. De artikelen 18 tot en met 18c van de Wet van 22 mei 1845 blijven buiten toepassing tot 1 januari 1997 - 10 -

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1989 | | pagina 1365