nr. 279e
Artikel 11
Betalings
termijn
Machtiging
tot over
dracht van
bevoegdhe
den
Nakoming van
verplich
tingen
Overdracht
van de be
voegdheid
tot het ver
lenen van
afschrijving
en uitstel
van betaling
De belastingaanslagen zijn invorderbaar in één
termijn, die vervalt op de laatste dag van de
tweede maand volgende op die waarin het aanslag
biljet is gedagtekend.
Artikel 12
Burgemeester en wethouders kunnen een of meer
gemeente-ambtenaren aanwijzen, die in hun plaats
treden met betrekking tot de uitvoering van enig
wettelijke bepaling betreffende de heffing en
invordering van deze belasting.
Artikel 13
De verplichtingen, als bedoeld in de artikelen 47,
50 en 51 van de Algemene wet inzake rijksbelas
tingen, jegens burgemeester en wethouders gelden
mede jegens de door burgemeester en wethouders
aangewezen gemeente-ambtenaren.
Artikel 14
Bevoegd tot het verlenen van afschrijving van de
belasting en van uitstel van betaling als bedoeld
in artikel 17 van de wet van 22 mei 1845 (Stbl. 22
zijn burgemeester en wethouders of de door hen
aangewezen gemeente-ambtenaren.
Artikel 15
Rentebereke
ning bij uit
stel van be
taling
Artikel 17, tweede lid, van de Wet van 22 mei
1845, op de invordering van 's Rijks directe
belastingen (Stbl. 1926, 334) zoals dat lid
luidde voor de inwerkingtreding van de Wet van
26 maart 1987 tot berekening van rente inzake
belastingen en premies volksverzekeringen (Stbl.
1987, 120) blijft van toepassing tot 1 januari
1997
Voor de berekening van interest als bedoeld in
de in het eerste lid bedoelde bepaling, vinden
de krachtens die bepaling gegeven regelen inzake
rijksbelastingen zoals die golden tot en met 31
maart 1987, overeenkomstige toepassing.
De artikelen 18 tot en met 18c van de Wet van 22
mei 1845 blijven buiten toepassing tot 1 januari
1997