nr. 321 "Secretaris 5- 24. Indien de gemeente besluit over te gaan tot verkoop van de groen strook, die de gemeente als zodanig zal handhaven en die gelegen is tussen het verkochte perceel grond en de Claudius Prinsenlaan, zal de gemeente de koper bij voorrang in de gelegenheid stellen de onderhavige groenstrook te kopen. 25. Partijen doen afstand van het recht om op grond van het bepaalde in de artikelen 1302 en 1303 van het burgerlijk wetboek ontbinding van de overeenkomst te vragen. 26. De bepalingen 18, 20, 22 en 23, alsmede deze bepaling, moeten bij elke vervreemding van het gehele voormelde onroerend goed of een gedeelte daarvan, alsmede bij elke toekenning van een zakelijk genotsrecht op het gehele onroerend goed of een gedeelte daarvan, aan de opvolgende eigena(a)r(en) of de zakelijk gerechtigde(n) worden opgelegd en worden bedongen ten behoeve van de gemeente Breda, tenzij de bedoelde bepalingen inmiddels zijn uitgewerkt; bij niet-nakoming van deze bepalingen verbeurt de nalatige partij, zonder dat enige ingebrekestelling of rechterlijke tussenkomst is vereist, een direct opeisbare en niet voor matiging vatbare boete van 100.000,(zegge: een honderd duizend gulden). te bepalen, dat de opbrengst van de verkoop van het sub I omschreven perceel grond ten gunste wordt gebracht van Aldus besloten in zijn openbare vergadering van2 1 DEC, 1989 raad voornoemd, voorzitter

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1989 | | pagina 1632