12. Het verkochte wordt overgedragen in de staat, waarin het zich ten
tijde van het notarieel transport bevindt, met alle daaraan verbonden
lusten en lasten, heersende en lijdende erfdienstbaarheden, doch vrij
van hypotheek, hypothecaire inschrijvingen en beslagen.
13. Koper is bekend met de aanwezigheid van nutsleidingen
In geval één of meer van de desbetreffende nutsbedrijven voor het
hebben, onderhouden enz. van nutsleidingen zakelijke rechten wenst te
vestigen, dient de koper daaraan zijn medewerking te verlenen.
14. De koper en diens rechtsopvolgers doen afstand van de bevoegdheid,
omschreven in artikel 690 van het burgerlijk wetboek, voorzover de aan
het verkochte terrein grenzende grond eigendom van de gemeente is. Hij
is verplicht het verkochte terrein af te sluiten overeenkomstig de
bepalingen van de bouwverordening voor de gemeente Breda.
15. De zakelijke lasten en belastingen van het gekochte geheven wordende
zijn met ingang van de datum van de notariële akte van transport voor
rekening van de koper, onverschillig te wiens name de aanslag geschiedt
16. Partijen zullen in de notariële akte van transport afstand doen van
het recht om op grond van het bepaalde in de artikelen 1302 en 1303
van het burgerlijk wetboek ontbinding van de overeenkomst te vragen.
17. Burgemeester en wethouders kunnen nadere voorwaarden stellen ten
aanzien van de aansluiting van de bebouwing op de centrale antenne
inrichting.
18. Indien als gevolg van de bouw overtollige grond van het verkochte
perceel moet worden afgevoerd is koper verplicht deze op zijn kosten
af te voeren.
19. De gemeente zal het verkochte leveren in bouwrijpe staat, waaronder in
ieder geval wordt verstaan datgene wat is opgenomen in de algemene
bepalingen bouwrijp maken van de gemeente Breda, welke aan deze
overeenkomst worden gehecht en hiervan een onverbrekelijk deel worden
geacht uit te maken.
20. De gemeente zal de open-water tracés van de waterhuishouding niet op
het verkochte perceel realiseren.
21. Het is koper bekend, dat gemeente Breda bij verkoop van bouwgrond geen
zogenaamde "gifvrij" of "schone grond" verklaring afgeeft.
De gemeente heeft de bodem van het verkochte echter laten onderzoeken.
De resultaten van dit onderzoek zijn neergelegd in een rapport van de
milieudienst Breda, opdrachtnummer 23174 van oktober 1989, dat koper
bekend is. Dit rapport vormt een geheel met de koopovereenkomst en zal
onderdeel uitmaken van de notariële akte van overdracht betreffende de
verkoop van de grond.
De verkoper zal ten behoeve van de koper een verklaring afgeven dat
geen voor de gezondheid schadelijke bodemverontreiniging bij oplevering
van de grond aanwezig is. De verkoper zal de koper vrijwaren van alle
kosten die verband houden met de eventuele bodem- en grondwatersanering
22. Verkoper zal het gekochte overdragen vrij van huur en/of pacht en
koper vrijwaren wegens uitwinning.
PCIH/GB508
