Toelichting bij de wijziging van de gemeenschappelijke
regeling Zuidnederlands Instituut voor
Gemeentepol itie-Opleiding
Op grond van de nieuwe wet gemeenschappelijke regelingen
zal de huidige gemeenschappelijke regeling van het
Instituut op 1-1-1990 van rechtswege vervallen.
Er is een voorstel tot wijziging van de politiewet
ingediend om te komen tot verzelfstandiging van de
uitvoering van taken op het gebied van de selectie en het
onderwijs van de politie. Deze wetswijziging zal leiden
tot de instelling van een Landelijk Instituut Selectie en
Opleiding Politiepersoneel (LISOP). Het wetsvoorstel
voorziet erin dat het instituut in de loop van 1990 opgaat
in het nieuwe Instituut.
Ter overbrugging van de periode 1-1-1990 tot datum
overgang naar het LISOP, is een nieuwe regeling vereist
teneinde het vacuum te overbruggen. Bijgaand voorstel
voorziet daarin. In het voorstel is uitgegaan van de opzet
van de huidige gemeenschappelijke regeling met dien
verstande, dat noodzakelijke wijzigingen ten gevolge van
de nieuwe wet gemeenschappelijke regelingen daarin zijn
opgenomen. Het betreft hier met name de bepalingen inzake:
- het lidmaatschap van het algemeen bestuur: de
burgemeester is niet meer ambtshalve lid, aanwijzing
geschiedt door de raad (artikel 5);
- de openbaarheid van de vergadering van het algemeen
bestuur en de vergaderfrequentie (artikel 13);
- het verstrekken van inlichtingen en het afleggen van
verantwoording door bestuursleden (artikel 17 t/m 19);
- de archivering (artikel 25);
- de inwerkingtreding (artikel 31);
- slot- en overgangsbepaling (artikel 30 t/m 34).
Voorts zij vermeld dat een aantal zaken niet in de
gemeenschappelijke regeling zijn opgenomen, nu de Wet
gemeenschappelijke regelingen daarin voortziet. Immers in
artikel 22 van de WGR zijn de artikelen 46 tot en met 48,
52 tot en met 59, 72, tweede, derde en vierde lid, van de
gemeentewet op het houden en de orde van de vergaderingen
van het algemeen bestuur van overeenkomstige toepassing
verklaard