nr. 34 Overeenkomstig het bepaalde in artikel 5 van de Rampenwet dient ons college het rampenplan binnen een maand na vaststelling toe te zenden aan Gedeputeerde Staten en aan de Commissaris van de Koningin Indien er zich een ramp mocht voordoen zal wanneer tijd en omstandigheden dit toelaten de burgemeester als eerst verant woordelijke bij de rampenbestrijding uw raad zo spoedig moge lijk informeren. Dit betekent dat door ons college c.q. de burgemeester pas achteraf verantwoording kan worden afgelegd over het terzake van de rampbestrijding gevoerde beleid. Gelet op het vorenstaande stellen wij u voor het rampenplan voor de gemeente Breda vast te stellen en te bepalen dat binnen 12 maanden na vaststelling de daarin aangegeven onderdelen nader door ons college dienen te worden uitgewerkt. Tevens te bepalen dat m.b.t. de beleidsmatige aspecten de raad bevoegd is tot wijziging van het rampenplan (m.n. de delen I en II) en het college te machtigen de uitvoeringsaspecten zonodig te wijzigen. Het ontwerp-raadsbesluithet ontwerp-rampenplan en de Rampen wet liggen voor u bij de stukken ter inzage. De commissie Algemene Zaken kan zich met dit voorstel verenigen. Burgemeester en wethouders van Breda F.M. Feij burgemeester M.P.W.C. van Veen n k'-a secretaris - 2 -

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1989 | | pagina 224