aan de raad der
gemeente Breda
MD/897600124
tnrx?
nr. 44
Voorstel van burgemeester en wet
houders met betrekking tot een
standpuntbepaling inzake het voor
stel van de Nederlandse Vereni
ging tot Bescherming van Vogels
ten aanzien van de bejaging van
een aantal vogelsoorten.
Inleiding
Op 30 augustus 1988' heeft de Nederlandse Vereniging tot Bescher
ming van Vogels een schrijven* aan Uw raad gericht. Uw raad
wordt hierbij benaderd in Uw hoedanigheid van eigenaar van per
celen grond, waarvan het recht van jacht kan worden verleend.
Deze vereniging stelt voor om 10 trekvogelsoorten en één stand
vogel van het recht van jacht uit te sluiten. Argumenten, die
hierbij gehanteerd worden zijn naar de mening van de vereniging
onnodige verstoring in de trek van de vogels en de zeldzaamheid
Procedure
Om zoveel mogelijk alle in het geding zijnde belangen te wegen
zijn de locale belangenverenigingen dienaangaande uitgenodigd
om een toelichting op hun standpunt in deze te geven.
Gehoord zijn vertegenwoordigers van de West-Brabantse Vogelwerk
groep en de Koninklijke Nederlandse Jagersvereniging, afdeling
Breda. Verslagen van de gevoerde gesprekken liggen ter visie,
alsook de, aansluitend op bovengenoemd schrijven, aan Uw raad
gerichte brieven van de West-Brabantse Vogelwerkgroep d.d. sep
tember 1988 en van de Koninklijke Nederlandse Jagersvereniging,
gedateerd 19 september 1988.
Gebiedsbepaling
Voor de volgende gebieden worden van gemeentewege jachtrechten
verleend: de Galderse Heide, het gebied rond de Galderse Meren,
de agrarische gronden in Haagse Beemden en diverse verspreid
liggende agrarische gronden; de bedoelde gronden zijn eigendom
van de gemeente Breda.
Standpuntbepaling
De trekvogelsoorten, waar het om gaat, zijn de navolgende: de
wintertaling, slobeend, watersnip, krakeend, pijlstaart, tafel
eend, kuifeend, toppereend, houtsnip en goudplevier.
Deze vogels passeren ons land of verblijven hier kort.
Nederland speelt in de trek van deze vogels een voorname rol;
daarbij geldt, dat de meeste van deze vogels in Europees en
mondiaal verband uniek zijn te noemen. Met betrekking tot de
patrijs, een standvogel, onderschrijven wij de stelling, dat
deze steeds zeldzamer wordt.