vijf
6. Vaststelling van de balans en staat van baten en lasten strekt de pen- f
ningmeester tot décharge wegens de uitoefening van zijn taak in het afge
lopen jaar voorzover blijkende uit de stukken.
Begroting en werkplan.
Artikel 15.
1Het bestuur stelt jaarlijks een begroting en een werkplan op voor het
komende boekjaar, die worden behandeld en vastgesteld in een uiterlijk in
de maand december, voorafgaande aan het komende boekjaar, te houden verga
dering van het bestuur.
2. De begroting wordt namens het bestuur opgesteld door de penningmeester.
Statutenwijziging en ontbinding.
Artikel 16.
1Het bestuur kan de statuten der stichting wijzigen en de stichting ont
binden bij een besluit genomen met een meerderheid van tenminste twee/der
de gedeelte der stemmen in een speicaal voor dit doel uitgeschreven vol
tallige vergadering van het bestuur.
2. Is dit aantal leden niet aanwezig, zo wordt een nieuwe vergadering bij
eengeroepen, te houden tenminste tien en ten hoogste dertig dagen daarna,
waarin ongeacht het aantal aanwezige leden, maar met tenminste twee/derde
gedeelte der. stemmen, de in het eerste lid bedoelde besluiten kunnen wor
den genomen.
3- Wijzigingen der statuten treden eerst in werking nadat zij bij nota- -
riële akte zijn aangebracht. Tot het verlijden van die akte is ieder be
stuurslid bevoegd.
4. Het bestuur is verplicht een authentiek afschrift van de akte van wij
ziging, alsmede de gewijzigde statuten neer te leggen ten kantore van het
openbaar stichtingenregistergehouden door de Kamer van Koophandel en Fa
brieken te Breda en ingeval van ontbinding daarvan inschrijving te doen in
bedoeld register.
Artikel 17.
1. De vereffening geschiedt door het bestuur.
2. De stichting blijft na haar ontbinding voortbestaan indien en voorzover
dit voor de vereffening van haar zaken nodig is.
3. Gedurende de vereffening blijven de bepalingen van deze statuten zoveel
mogelijk en nodig van kracht.
4. Een eventueel batig saldo van de ontbonden stichting wordt zoveel moge
lijk besteed in overeenstemming met het doel van de stichting.
5. Na afloop van de vereffening blijven de boeken en bescheiden van de
ontbonden stichting gedurende dertig jaar onder berusting van de jongste
vereffenaar, dan wel van een andere (rechts)persoon, aan te wijzen door de
vereffenaars.
Reglementen.
Artikel 18.
1. Het bestuur kan bij reglementen al datgene bepalen, waarvan een nadere
regeling gewenst is. Deze reglementen mogen geen bepalingen bevatten, die
in strijd zijn met de statuten van de stichting.
2. Reglementen worden vastgesteld en gewijzigd in een vergadering van het
bestuur, overeenkomstige wijze als bepaald in artikel 16.
Slotbepalingen
Artikel 19.
In alle gevallen waarin deze statuten of eventueel aanwezige reglementen
niet voorzien, beslist het bestuur.