nr. 70
Ons college was bereid hierover in overleg te treden vanuit de
volgende uitgangspunten:
a. het stadion c.a. mag alleen gebruikt worden voor betaald
voetbal en andere zaken die daarmede annex zijn; voor de
hiervoor bedoelde andere zaken, zal vooraf schriftelijk
toestemming van burgemeester en wethouders van de gemeente
nodig zijn; deze toestemming zal in elk geval worden
geweigerd, indien zulks concurrerend zal werken voor zijdens
de gemeente ontwikkelde of te ontwikkelen plannen/
activiteiten;
b. indien het stadioncomplex niet meer voor het betaald voetbal
zal worden gebruikt, zal het complex, daaronder begrepen
alle aangebrachte verbeteringen en alle eventueel nieuw
gerealiseerde voorzieningen, onverwijld ter beschikking van
de gemeente worden gesteld, zonder dat de gemeente daarvoor
enige contra-prestatie aan NAC is verschuldigd;
c. de exploitatie van het voetbalcomplex c.a., alle thans en in
de toekomst mogelijke eigenaarslasten hoe ook genaamd
daaronder mede begrepen, alsmede alle lasten voortvloeiend
uit de exploitatie verband houdend met het bedrijven van
betaald voetbal, zijn voor rekening en risico van NAC; NAC
zal terzake van de gemeente geen bijdrage meer verlangen;
d. finale kwijting van alle vorderingen van de gemeente Breda
op de b.v.o. NAC.
Tevens werd hierbij het gegeven betrokken dat bij de
voortzetting van de huidige overeenkomst in de komende jaren
forse investeringen onvermijdelijk zouden zijn, welke
ruimschoots de structurele effecten van de voorgestelde
regeling overtreffen.
Zowel de b.v.o. NAC als ons college zijn de mening toegedaan
dat het betaald voetbal in Breda zich autonoom dient te
ontwikkelen, los van enige gemeentelijke verantwoordelijkheid.
Dit doel kan worden bereikt door beëindiging van de huidige
huurovereenkomst en het uitgeven in erfpacht van de ondergrond
en opstallen van het complex aan de Beatrixstraat aan de b.v.o.
NAC.
Op 24 februari 1989 werd een beginselovereenkomst getekend,
waarin, onder voorbehoud van raadsgoedkeuring wordt overgegaan
tot een eeuwigdurende erfpacht voor f 1,00 per jaar.
Financiële gevolgen
1. Het structurele gevolg voor de begroting van de dienst
Welzijn bestaat uit het verschil tussen de uitgaven
(f 17.860,00) en de inkomsten (f 66.000,00) ofwel per saldo
f 48.140,00.
2. Voor het jaar 1989, uitgaande van het sluiten van de
overeenkomst op 1 mei 1989, 8/12 x f 48.140,00 f 32.100,00
welk bedrag ten laste van onvoorzien ware te brengen.
- 3 -