In dit «artikel wordt de kring van rechthebbenden geregeld. Het zal
duidelijk zijn, dat alleen Bredase burgers voor hulpverlening in aanmerking
konden. Vanuit de optiek, dat de oplossing van de schuldsituatie een relatie
dient te hebben met woonlasten moet de hulpverlening beperkt worden tot die
personen die ook schulden hebben terzake van woonlasten. Dit zijn die
Bredase burgers:
- die beschikken over een zelfstandige woonruimte;
-die thans geen zelfstandige woonruimte hebben en die (nog)
niet over een zelfstandige woonruimte kunnen beschikken vanwege
een huurachterstand. Het gaat hier dus veelal om mensen, die hun
woning wegens huurachterstand hebben moeten verlaten en die pas
dan andere huisvesting krijgen, indien de huurachterstand is
voldaan.
Artikel 3
In dit artikel wordt de gezamenlijke huishouding gelijkgesteld met
gehuwden. Deze gelijkstelling is nodig om te voorkomen dat een van de
partijen, die de huurovereenkomst niet heeft getekendgeen beroep zou
kunnen doen op het steunfonds. Hij of zij heeft immers formeel geen
zelfstandige woonruimte, want het is de andere partij van de gezamenlijke
huishouding die de woning formeel huurt. Bij een gezamenlijke huishouding
moeten beide partijen - evenals wanneer sprake is van een huwelijk - een
beroep kunnen doen op het steunfonds voor beider problematiek.
Artikel 4
In dit artikel worden de verschillende vormen van hulpverlening aangegeven.
Het gaat hier in feite om codificatie van de vormen zoals die reeds
gedurende het bestaan van het steunfonds mogelijk zijn. Dit artikel spreekt
voor zich.
Artikel 5
Een beroep op het steunfonds kon tot nu toe alleen worden gedaan door de
hulpverlener. Rechtstreeks beroep op het steunfonds door de burger was niet
mogelijk
Een wijziging van deze bepaling betekent een verandering van het karakter
van het steunfonds zoals dat destijds in het leven is geroepen.
- 2 -