BNG-leningnummer
OVEREENKOMST VAN GELDLENING
De ondergetekenden
1. De vennootschap N.V. Bank voor Nederlandsche Gemeenten, gevestigd
te 's-Gravenhage;
2. De "Stichting de Loods", gevestigd te Breda, in deze zaak verte
genwoordigd door zijn voorzitter, de heer
en zijn secretaris, de heer
handelende ingevolge het besluit van het bestuur van
verklaren het volgende te zijn overeengekomen:
A. De N.V. Bank voor Nederlandsche Gemeenten, hierna te noemen "geldgever", zal
aan de "Stichting de Loods", hierna te noemen "geldnemer", te leen
verstrekken en deze zal bij geldgever te leen opnemen op 3 juli 1989 een som
van f.190.000,-- EENHONDERDNEGENTIGDUIZEND GULDEN), tegen de koers van 100
procent, onder beding, dat, met inachtneming van de hierna omschreven
"bepalingen", voormeld nominaal bedrag zal worden teruggegeven.
De uitbetaling zal geschieden tegen afgifte door geldnemer aan geldgever van
een schuldbekentenis, waarin verwezen wordt naar deze akte en vermeldende de
valutadatum, waaronder een rekening van geldnemer bij geldgever voor het
leningsbedrag zal worden gecrediteerd.
De gehoudenheid van geldgever tot het verstrekken aan geldnemer van deze
geldlening zal evenwel komen te vervallen, indien de door geldgever voor deze
geldlening gevraagde garantie van de gemeente Breda door enigerlei oorzaak
niet vóór 3 juli 1989 mocht worden verkregen.
B. De lening zal onderworpen zijn aan de volgende
bepalingen
Artikel 1
Geldnemer zal over het onafgeloste nominale bedrag van de lening betalen een
tegen zeven en zevenenvijftig honderdste (7,57) procent per jaar te berekenen
rente, te voldoen op 3 juli van elk jaar, voor het eerst op 3 juli 1990.
Bij de berekening van de rente zal elke maand op dertig dagen en elk jaar op
driehonderdzestig dagen worden gesteld.
Artikel 2.
Geldnemer zal het bedrag van de lening aflossen in 25 jaren en wel in de
jaren 1990 tot en met 2014 f.7.600,per jaar.
De aflossingstermijnen zullen worden voldaan op 3 juli van elk jaar.
Artikel 3.
Gehele of gedeeltelijke extra aflossing van de lening zal tot 3 juli 1999 zijn
uitgesloten; met ingang van laatstgenoemde datum zal geldnemer uitsluitend op de
aflossingsverschijndagen extra mogen aflossen, doch slechts tegen betaling van
een vergoeding en wel van vijf procent van het extra af te lossen bedrag, indien
de aflossing plaatsvindt vóór 3 juli 2004, van vier procent van het extra af te
lossen bedrag indien de aflossing plaatsvindt op en na 3 juli 2004 maar vóór
3 juli 2009, terwijl ingaande 3 juli 2009 dat slechts mogelijk zal zijn tegen
betaling van een vergoeding van drie procent van het extra af te lossen bedrag.
Geldnemer zal van zijn voornemen tot extra-aflossing van de lening tenminste
drie maanden tevoren aan geldgever schriftelijk kennis geven. Deze kennisgeving
is onherroepelijk en verplicht geldnemer op de gestelde datum de extra-aflossing
te doen.