Contract/algemeen - 9 - De rapportage wordt ingediend bij het college. De concern- funkties ter secretarie dragen zorg dat eventuele adviezen op deze rapportages binnen twee weken na ontvangst aan het college worden voorgelegd. De rapportage verstrekt informatie over de geleverde output in relatie tot de gebruikte middelen in dezelfde vorm als, waarin deze in het contract zijn geregeld. 2.6 Wijzigen van het contract tijdens de looptijd Alleen de volgende omstandigheden kunnen - ieder voor zich aanleiding zijn het contract te wijzigen tijdens zijn looptijd. a. indien contractpartners het eens zijn dat het contract moet worden gewijzigd; (dit is triviaal). b. bij beleidswijzigingen zodanig dat het in het contract opgenomen produkt niet meer aangepast is aan de situ atie; dat kan maar hoeft niet noodzakelijk beleid van hogere overheden betreffen. c. in situaties die de feitelijke uitvoering van het con tract onmogelijk of ongewenst maken. De omstandigheden waaronder een eenmaal afgesloten contract kan worden gewijzigd zijn uitermate belangrijk voor de mo gelijkheid om experimenten met contractmanagement aan te gaan Uitgangspunt bij het aangaan van de hier bedoelde contracten is, dat het college verantwoordelijk is voor het bepalen van welk produkt en in welke hoeveelheid door de dienst (net als in situaties zonder contractmanagement) moet worden gemaakt en van de middelen die de dienst daarvoor krijgt toegewezen. Indien het college van mening is, dat tijdens de looptijd van een contract een verandering moet worden gebracht in het door de dienst gemaakte pakket aan produkten, dan is er sprake van een situatie als hierboven onder b. bedoeld en aanleiding het contract te herzien. De verantwoordelijkheid van de direkteur is te bepalen of hij in redelijkheid met de hem toegewezen middelen in staat is het door het college gewenste produkt te realiseren. Indien hij van mening is dat hij dat kan, dan kan hij een contract met het college aangaan en eventueel tijdens de looptijd wijzigen. Indien de directeur van mening is dat middelen die hij krijgt toegewezen ontoereikend zijn om het door het college gewenste produkt te realiseren, dan kan hij niet in redelijkheid een contract aangaan waarin hij zich tot die produktie verplicht, hij kan zich hooguit verplich ten zich daartoe in te spannen. vdef/mei 1989

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1989 | | pagina 771