nr. l6l - 2 - 2. van de verplichting in lid 1 kan door middel van een schrifte lijke toestemming van burgemeester en wethouders afgeweken worden: a. wegens verandering van werkkring; b. wegens overlijden van echtgeno(o)t(e) c. wegens echtscheiding; d. wegens doorstroming naar een duurdere woning; e. bij gebruikmaking door de hypotheekhouder van het recht als bedoeld in artikel 1223 van het burgerlijk wetboek; f. wegens andere omstandigheden waarbij de noodzaak tot gehele of gedeeltelijke vervreemding van het gekochte aan burgemeester en wethouders kan worden aangetoond; Artikel 3 Koper en diens rechtsopvolgers zijn verplicht de woningen aan te sluiten en aangesloten te houden op de stadsverwarming. De voorzie ningen die de stadsverwarming omvat zijn de levering van warmte voor ruimteverwarming en warm tapwater. Ten aanzien van die aansluiting wordt verwezen naar de aansluitvoor waarden van de N.V. Energie- en Waterbedrijf Breda (ENWA) Artikel 4 Koper en diens rechtsopvolgers dienen per woning parkeerruimte voor 1 auto te realiseren, in stand te houden en bereikbaar te houden op de plaatsen die op tekening nr. 58910 met een driehoek zijn aangegeven. Artikel 5 Koper moet gedogen, dat palen, kabels, draden, isolatoren, rozet ten, aanduidingsborden en pijpleidingen, voor openbare doeleinden bestemd, op, in, aan of boven het verkochte worden of zijn aangebracht en onderhouden, op de plaatsen waar en de wijze waarop het college van burgemeester en wethouders dit nodig zal achten; omtrent bedoelde plaats en wijze wordt tevoren met de eigena(a)r(en) overlegd; koper of diens rechtverkrijgenden zijn verplicht al hetgeen krachtens deze bepaling is of wordt aangebracht te laten bestaan. Het aanbrengen en/of het aanwezig zijn van bovenbedoelde voorwer pen als gevolg van deze gedoogplicht doet geen recht ontstaan op enigerlei schadevergoeding. Artikel 6 De bepalingen van de artikelen 2 t/m 5, alsmede dit artikel moeten bij elke vervreemding van het gehele onroerende goed of een gedeelte daarvan, alsmede bij elke toekenning van een zakelijk genotsrecht op het gehele onroerend goed of een gedeelte daarvan, aan de opvolgende eigena(a)r(en) of zakelijk gerechtigde(n) worden opgelegd en worden bedongen ten behoeve van de gemeente Breda, tenzij de bedoelde bepalingen inmiddels zijn uitgewerkt; bij niet- nakoming van deze bepalingen verbeurt de nalatige partij, zonder dat enige ingebrekestelling zal zijn vereist, ten behoeve van de gemeente Breda een direct opeisbare boete van 100.000,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1989 | | pagina 846