aan de raad der
gemeente Breda
224
BEl/906812214
Voorstel van burgemeester en
wethouders tot wijziging en
vaststelling van een aantal
belastingverordeningen voor
het jaar 1991.
Inleiding
Bij de behandeling van de Kadernota 1991 heeft Uw raad o.a. het
financieel meerjarenperspectief met de daarbij behorende speci
ficaties vastgesteld. Bij deze vaststelling is rekening gehouden
met een verhoging van de opbrengst aan belastingen wegens het
effect van de aanpassing van de prijsontwikkeling van de netto
materiële overheidsconsumptie.
In verband hiermede en als gevolg van de inwerkingtreding per 1
juni 1990 van de Invorderingswet 1990 dienen voor het jaar 1991
een aantal belastingverordeningen te worden gewijzigd c.q.
nieuwe belastingverordeningen te worden vastgesteld.
Aanpassing prijsontwikkeling
Sinds jaren hanteert Uw raad voor wat betreft de belastingtarie
ven een beleid, op grond waarvan deze tarieven worden aangepast
aan de te verwachten prijsontwikkeling van de netto materiële
overheidsconsumptie
Bij de vaststelling van dit beleid is als voorwaarde aangenomen,
dat bij de tariefsbepaling voor het volgende jaar een correctie
van de aanpassing plaats zal vinden als achteraf blijkt dat er
een verschil is ontstaan in de verwachte en de werkelijke prijs
ontwikkeling
Voor het jaar 1991 wordt aangenomen dat de prijzen van de netto
materiële overheidsconsumptie met 2,3% zullen stijgen.
Bij de vaststelling van de tarieven voor het jaar 1989 werd
aangenomen dat deze met 1,3% zouden stijgen. Uit de nadien
verschenen Macro Economische Verkenningen 1989 blijkt echter dat
de werkelijke prijsontwikkeling 1,1% bedroeg, waardoor deze in
feite met 0,2% teveel zijn verhoogd.
Voor het jaar 1990 werd rekening gehouden met een verhoging van
1,8%, terwijl thans blijkt dat deze verhoging 2,3% heeft bedra
gen, zodat voor dat jaar nog 0,5% moet worden ingehaald.
De tarieven voor het belastingjaar 1991 dienen derhalve in
totaal met 2,6% te worden verhoogd.