10
nr. 14
AFVOERING UIT DE ADMINISTRATIE
Artikel 27.
1. De onroerende goederen worden uit de administratie afgevoerd
wegens verkoop, vervreemding of overbrenging naar andere
gemeentelijke diensten of bedrijven tegen de door de raad
vast te stellen waarde.
2. Voorzover openbare wegen, pleinen, plantsoenen, plaatsen en
andere werken worden aangelegd ten behoeve van een
uitvoeringsplan worden de door de daarvoor bestemde gronden
om niet overgebracht naar de algemene dienst.
3. Indien openbare wegen, pleinen, plantsoenen, plaatsen en
andere werken niet uitsluitend het uitvoeringsplan dienen,
worden de daarvoor bestemde gronden overgeboekt naar de
algemene dienst en worden de bijbehorende kosten over de
betrokken uitvoeringsplannen omgeslagen op basis van door
burgemeester en wethouders vast te stellen omslagbereke
ningen, zoals bedoeld in artikel 25, lid 4.
4De administrateur draagt zorg voor een zodanige krediet
bewakingsadministratie dat de te verwachten overschrijdingen
van begrotingsposten en/of geraamde kosten van uit te
voeren werken c.q. afzonderlijk geraamde onderdelen daarvan
tijdig worden gesignaleerd.
5. Zodra een te verwachten overschrijding is gesignaleerd
dient de direkteur bij burgemeester en wethouders een
voorstel in tot wijziging van de begroting. Dit voorstel
wordt door de administrateur voor gezien getekend. Indien
het voorstel de administrateur aanleiding geeft tot
opmerkingen deelt hij deze aan burgemeester en wethouders
en aan de direkteur mede.
SLOTBEPALINGEN
Artikel 28.
Burgemeester en wethouders kunnen voorschriften geven ter
uitvoering van het in deze verordening bepaalde.
Artikel 29.
Deze verordening treedt in werking met ingang van
en kan worden aangehaald onder de naam "Beheersverordening
Grondbedrijf11
Aldus besloten in zijn openbare
vergadering van (j P£gt j30Q
De raad voornoemd,
voorzitter
secretaris
1/