aan de raad der gemeente Breda BJZ/906812067 260 Voorstel van burgemeester en wet houders tot ongegrondverklaring van het beroep, ingesteld door J.C.A. Segeren tegen een weige ring bouwvergunning m.b.t. uit breiding van het pand Ginnekenweg 338 1Inleiding Op 3 april 1990 besloten wij tot weigering van een bouwvergun ning, aangevraagd door de heer J.C.A. Segeren ten behoeve van de uitbreiding van de eerste en de tweede verdieping van het café restaurant aan de Ginnekenweg 338. Volgens de voorschriften van de bouwverordening geldt ter plaat se een maximale bouwdiepte van 15 meter. Voor overschrijding daarvan is weliswaar vrijstelling mogelijk, doch dat geldt niet voor de eerste en tweede verdieping. Omdat het bouwplan voorzag in een uitbreiding waardoor deze achtergevelrooilijn ruimschoots zou worden overschreden, hebben wij gemeend de gevraagde bouwver gunning te moeten weigeren. Op grond van artikel 51 van de Woningwet werd tegen deze weige ring door de heer Segeren beroep bij de gemeenteraad ingesteld. Overeenkomstig het bepaalde in de Regeling behandeling bezwaar- en beroepschriften, is het beroepschrift in handen gesteld van de Commissie voer bezwaar- en beroepschriften, ter voorbereiding van de terzake te nemen beslissing. In het kader van deze voor bereiding heeft op 5 juli 1990 een hoorzitting plaatsgevonden. Het verslag van deze hoorzitting is aan het procesdossier toege voegd. In het beroepschrift, nader toegelicht ter hoorzitting, worden door appellant - samengevat - de volgende argumenten aangevoerd: a. het bouwplan had niet zozeer aan de voorschriften van de bouw verordening, maar meer aan de ter plaatse historisch gegroei de situatie getoetst dienen te worden; b. diverse panden in de buurt zijn, ook op de eerste en tweede verdieping, ruimschoots over de achtergevelrooilijn gebouwd. Aan hen is wèl bouwvergunning verleend. Dit lijkt op wille keur; c. de geplande uitbreiding is absoluut noodzakelijk. 2Het advies van de Commissie voor bezwaar- en beroepschriften Bij de beoordeling van aanvragen om bouwvergunning, zijn bestem mingsplanvoorschriften en de voorschriften van de bouwverorde ning de belangrijkste toetsingskaders. Ter plaatse geldt geen bestemmingsplan, zodat het bouwplan uitsluitend is getoetst aan de voorschriften van de bouwverordening. Artikel 45 hiervan be paalt, dat de achtergevelrooilijn op maximaal 15 meter van de voorgevelrooilijn ligt. Artikel 48 noemt een aantal gevallen,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1990 | | pagina 1194