2. Bij de aanvraag moeten zoveel mogelijk de ter
beoordeling daarvan benodigde gegevens of beschei
den worden overgelegd.
3. Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels
stellen omtrent de inhoud, de inrichting, de uit
voering, de vorm, het aantal en de wijze van in
diening van de aanvraag en de in het tweede lid
bedoelde bescheiden.
Artikel 5
ongenoegzaam- 1. Indien de aanvraag niet voldoet aan de bij of
heid krachten artikel 4 gestelde eisen of nadere re
gels, stellen burgemeester en wethouders de aan
vrager in de gelegenheid deze binnen een termijn
van ten minste twee weken, nadat hem dit is mede
gedeeld, aan te vullen of te verbeteren.
2. Indien de aanvrager van de in het eerste lid be
doelde gelegenheid onvoldoende of geen gebruik
maakt, verklaren burgemeester en wethouders hem
in zijn aanvraag niet-ontvankelijk. Van deze be
slissing doen burgemeester en wethouders zo spoe
dig mogelijk mededeling aan de aanvrager, onder
terugzending van de ingediende bescheiden.
Artikel 6
beslissings- 1. Burgemeester en wethouders beslissen op een
termijn aanvraag om een vergunning of ontheffing binnen
zestig dagen na de dag waarop de aanvraag ontvan
gen is, onderscheidelijk de dag waarop de in ar
tikel 5 bedoelde aanvulling of verbetering is
ontvangen
2. Burgemeester en wethouders kunnen hun beslissing
voor ten hoogste zestig dagen verdagen. Van het
besluit tot verdaging wordt voor de afloop van de
in het eerste lid bedoelde termijn schriftelijk
mededeling gedaan aan de aanvrager.
3. Voor de beslissing op de aanvraag om vergunning
als bedoeld in artikel 26, eerste lid, geldt,
indien de inrichting een tent of ander tijdelijk
bouwsel of een schip betreft, in afwijking van
het eerste en het tweede lid, een termijn van
dertig dagen.
- 2 -