A 1 'V
V
7.a. Een besluit van het bestuur tot het wijzigen van de in de
statuten van de stichting geformuleerde doelstellingen van
de stichting treedt niet in werking nadat dit door de
gemeenteraad is goedgekeurd.
b. De overige besluiten van het bestuur tot het wijzigen van
de statuten van de stichting worden schriftelijk aan
burgemeester en wethouders meegedeeld.
8.a. Burgemeester en wethouders kunnen een beslissing tot
voorlopige of definitieve vaststelling van het
subsidiebedrag geheel of gedeeltelijk intrekken, de ter
beschikking gestelde voorschotten of toegekende
subsidiegelden geheel of gedeeltelijk terug vorderen en/of
de stichting van verdere subsidietoekenning uitsluiten,
indien:
- de stichting aan deze voorwaarden of aan de krachtens
deze voorwaarden vastgestelde nadere besluiten of
gestelde nadere regelen, naar het oordeel van
burgemeester en wethouders niet of niet geheel of niet
tijdig blijkt te hebben voldaan of zal voldoen;
- door of namens de stichting naar het oordeel van
burgemeester en wethouders bij de toepassing van deze
voorwaarden onjuiste of onvolledige informatie is
verstrekt.
b. Alvorens een besluit krachtens het hiervoor onder 8.a.
bepaalde te nemen:
- stellen burgemeester en wethouders het bestuur
schriftelijk in de gelegenheid om alsdan binnen een
daarbij te bepalen termijn in de gelegenheid om alsnog
het betreffende verzuim te herstellen;
- wordt het bestuur van de stichting in de gelegenheid
gesteld om te worden gehoord op de daarbij door
burgemeester en wethouders te bepalen wijze.
9. Burgemeester en wethouders kunnen in alle gevallen waarin
naar hun oordeel deze subsidievoorwaarden niet of
onvoldoende voorzien nadere besluiten nemen of nadere
maatregelen vaststellen.
BIJLAGE
behoort bij het besluit van
de raad der gemeente Breda
d.d. ZO OEC 1990
bijlage nr.
Aldus gewaarmerkt,
De gemeentesecretaris van Breda,
iM
U