Dat zou slechts anders kunnen zijn, indien de stichting
hoofdzakelijk of uitsluitend beheersmatige taken heeft.
Alsdan kan echter de vraag worden gesteld, waarom de
activiteiten bij de stichting zijn ondergebracht en niet bij
een gemeentelijke dienst. Een mogelijke "rechtvaardiging"
hiervoor kan liggen in het feit dat een rijkssubsidieregeling
samenwerking tussen de gemeente en anderen voorschrift en wel
op zodanige wijze, dat het gewenst is dat gemeentelijke
vertegenwoordigers in een gezamelijk op te richten stichting
zitting nemen.
Gelet op een en ander is het in beginsel niet gewenst dat
ambtenaren namens de gemeente in stichtingsbesturen zitting
hebben
5Conclusies
In het algemeen moet bij toekomstige gelegenheden goed worden
doordacht of het nodig is dat een gemeentelijk vertegenwoor
diger in een stichtingsbestuur wordt afgevaardigd.
Zo daar voor gekozen wordt genieten leden van het college
(vanwege hun verantwoordingsplicht) voorkeur boven raadsleden
en ambtenaren.
Voor wat betreft de Stichting Coördinerend Ouderenwerk Breda
is het gewenst te streven naar beëindiging van de mogelijk
heid een raadslid tot benoeming als bestuurslid voor te dra
gen. Het statutaire recht daartoe kan eveneens vervallen.
6Andere wijze van vertegenwoordiging in stichtingen en gemeen
telijke vertegenwoordigers in andere lichamen
Voor de volledigheid wordt hier nog vermeld, dat het ook
voorkomt, dat de raad of het college het recht heeft om bur
gers (niet-gemeentelijke bestuurders) te benoemen tot be
stuurslid van een stichting.
Bovendien komt het ook voor, dat raadsleden en wethouders
namens de gemeente in besturen van andere lichamen zitting
hebben, zoals lichamen ingesteld krachtens de Wet
gemeenschappelijke regelingen.
Tot slot komt het nog voor, dat ambtenaren als toehoorder
vergaderingen van besturen van stichtingen e.d. bijwonen.
Deze vormen van "invloed" van de gemeente op stichtingen en
andere rechtspersonen zijn hier niet verder aan de orde
gesteld omdat het programma-akkoord hier niet over rept.
7Verdere procedure
Nadat uw raad over dit voorstel een besluit heeft genomen zal
vanwege het college hierover overleg worden gevoerd met het
betrokken stichtingsbestuur.
- 5 -
RAADSVOORSTEL vervolg 270