2 273 m 2. Invoering banenpools en JWG in Breda In inliggende notitie wordt aangegeven op welke wijze door de gemeente - in samenwerking met het Arbeidsbureau - een verantwoorde invoering van beide maatregelen kan worden gerealiseerd. Hieronder wordt de notitie beknopt samengevat. 2.1 Algemeen De plaatsing van werklozen op een werkervaringsplaats in het kader van banenpools en JWG vertoont organisatorisch gezien diverse overeenkom sten. Deze worden in hoofdstuk 1 van inliggende notitie opgesomd. Om deze reden ligt het voor de hand dat de invoering van beide maatregelen in de gemeente Breda worden gecombineerd. Geadviseerd wordt derhalve om te komen tot één organisatie die beide maatregelen zal gaan uitvoeren. 2.2 Omvang doelgroep in Breda Volgens cijfers van het Arbeidsbureau bedraagt het aantal personen in de gemeente Breda dat drie jaar of langer staat ingeschreven en die in beginsel voor een banenpool in aanmerking komt uit ongeveer 430 mensen (paragraaf 3.1 van inliggende notitie). Op basis van de bijlage bij de Rijksbijdrageregeling banenpools zijn aan de gemeente Breda voor 1991 maximaal 108 banenpoolplaatsen toegewezen. In de toekomst wordt dit aantal vermoedelijk uitgebreid. Het aantal werkloze jongeren in Breda dat valt onder de criteria die de JWG stelt bedraagt medio 1991 ongeveer 215 (tabel 3.3 en paragraaf 3.2 van inliggende notitie). Op basis van ervaringen met de TV-GWJ wordt dit aantal met 10% neerwaarts bijgesteld omdat van de opgeroepen jongeren altijd een beperkt deel niet plaatsbaar blijkt te zijn vanwege per- sooonlijke en/of gezinsomstandigheden. Daarmee rekening houdend bedraagt de groep dus ongeveer 195 personen. Teneinde een soepele en verantwoorde invoering van banenpools en JWG mogelijk te maken, zullen de deelnemers in 1991 geleidelijk worden geplaatst. In tabel 3.4 van inliggende notitie is een invoeringstraject gegeven, dat voorziet in de uiteindelijke plaatsing van 108 banenpool deelnemers en 195 JWG'ers eind 1991. Bijzondere aandacht bij de plaat sing is noodzakelijk voor minderheden omdat deze relatief sterk verte genwoordigd zijn in de groep langdurig werklozen (19%), terwijl zij 7% van de Bredase bevolking uitmaken. Het uitgangspunt bij plaatsing is daarom dat het werkloosheidspercentage onder langdurig werkloze alloch tonen moet worden teruggebracht tot het percentage zoals dat voor de Nederlandse beroepsbevolking geldt ("evenredigheidsdoelstelling11). Overigens wordt hier opgemerkt, dat deze cijfers slechts indicatieve waarde hebben. Het is aannemelijk, dat in de loop van 1991 bijstelling van deze cijfers noodzakelijk is omdat deze een beeld geven van de situatie medio juli 1990 en de situatie in 1991 daarvan weer kan afwij ken. 2.2 Kwaliteit benodigde werkervaringsplaatsen De personen die tot de doelgroep van beide maatregelen behoren, hebben veelal een lage tot zeer lage opleiding danwel een afgebroken opleiding (tabellen 3.2 en 3.3 van inliggende notitie). Dit lage scholingsniveau

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1990 | | pagina 1255