GEMEENTE BREDA RAADSBESLUIT 1990 281 Registratie nr 907915225 Dienst/afdeling GB/TR De raad van de gemeente Breda gezien het voorstel van burgemeester en wethouders en met overname van de daarin vermelde overwegingen; gelet op artikel 171 van de gemeentewet; besluit: A. ten behoeve van de bouw van 8 seniorenwoningen aan de Bouw vereniging Bilderdijkstraat Breda, p/a Ruusbroecstraat 9, 4819 GD Breda, te verkopen een perceel grond met een opper vlakte van 194 0 m2 gelegen aan de Brederostraat/ Bilderdijkstraatkadastraal bekend gemeente Breda, sectie E, nr. 4583 (ged.) zoals op de bij dit besluit behorende teke ning met een grijze kleur is aangegeven voor een totale koopsom van 320.100,00 (zegge: driehonderd twintigduizend eenhonderd gulden) te verhogen met de B.T.W. volgens het op het moment van de eigendomsoverdracht geldende B.T.W.-tarief B. te bepalen dat de verkoop van het hiervoor onder A aangeduide perceelsgedeelte zal geschieden met inachtneming van: a. de "algemene verkoopvoorwaarden 1979" vastgesteld bij besluit van de raad van 19 februari 1979, doch met uitzon dering van de artikelen 3, 10, 16 en 21; b. de volgende bijzondere verkoopvoorwaarden: Artikel 1 Koper en diens rechtsopvolgers dienen parkeerruimte voor 7 auto's te realiseren, in stand te houden en bereikbaar te houden op die plaatsen die op tekening nr. 59303 met een P zijn aangegeven. Artikel 2 Koper verklaart kennisgenomen te hebben van het bij dit besluit behorende als zodanig gewaarmerkte rapport (code 40.27/april 1989) van het indicatieve bodemonderzoek zoals dat ter plaatse is verricht door de milieudienst van de gemeente Breda. Eventueel nader onderzoek komt voor rekening van de koper. Artikel 3 Bij ingebruikname van de bouwgrond wordt de koper geacht deze volledig te kennen en deze te aanvaarden als bouwrijpe grond zodat hij alsdan geen aanspraak kan maken op enige vergoeding van enigerlei schade wegens structuur, gesteldheid, veront reiniging etc. van de bodem.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1990 | | pagina 1305