5. De directeur legt van de op het bezwaarschrift betrekking hebbende stukken een procesdossier aan, dat tenminste zeven dagen voor het horen van de bezwaarde ter inzage wordt gelegd. 6. Bij de uitnodiging wordt tevens vermeld, dat voor de hoorzit ting aan de secretaris schriftelijk nader melding kan worden gemaakt van al hetgeen voor de behandeling van het bezwaar schrift eventueel dienstig wordt geacht. 7. De toepassing van het vijfde lid blijft achterwege ten aanzien van stukken waaromtrent door of namens de commissie is bepaald, dat geheimhouding geboden is om gewichtige redenen, ontleend aan de in het geding zijnde belangen, tenzij ingevolge de Wet openbaarheid van bestuur de verplich ting bestaat om een verzoek om informatie vervat in stukken, in te willigen. 8. Bij de uitnodiging kan worden verzocht om vooraf mede te delen of men al dan niet gebruik zal maken van de gelegenheid om zich te doen horen. 9. Het houden van een hoorzitting kan achterwege blijven, indien het bezwaarschrift kennelijk niet-ontvankelijk is, tenzij het horen niettemin bij wettelijk voorschrift is voorgeschreven. 10.De commissie is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken of afwijkingen toe te staan van de in de voorgaande leden in dit artikel genoemde termijnen. Artikel 11 1. Het houden van de hoorzitting geschiedt ten overstaan van de commissie 2. Degene die wordt gehoord kan zich ter zitting desgewenst laten bijstaan door getuigen en deskundigen, waarvan de kosten niet bij de gemeente in rekening kunnen worden ge bracht 3. De hoorzitting wordt niet in het openbaar gehouden. 4. Van het verhandelde ter hoorzitting wordt door de zorg van de secretaris een schriftelijk verslag opgemaakt, dat door de voorzitter en de secretaris wordt ondertekend. Artikel 12 1. De commissie beslist op het bezwaarschrift binnen 6 weken na de dag bedoeld in artikel 9, eerste lid. 2. De commissie houdt bij het nemen van de beslissing op het bezwaarschrift rekening met gewijzigde feiten en voorschrif ten 3. De commissie is bij het nemen van de beslissing bevoegd om naast de gronden, waarop het bezwaarschrift berust, ambts halve nadere gronden in de overwegingen te betrekken. 4. De commissie is bij het nemen van de beslissing bevoegd de te bestreden beslissing anders dan met terugwerkende kracht ten nadele te herzien. 5. De beslissing op het bezwaarschrift dient behoorlijk te zijn gemotiveerd. 6. In de beslissing wordt medegedeeld, dat de indiener tegen de beslissing in beroep kan gaan bij gedeputeerde staten van Noord-Erabant 7. De beslissing wordt schriftelijk aan de indiener alsmede aan zijn gemachtigde meegedeeld, onder bijvoeging van het verslag van de hoorzitting, tenzij dit verslag reeds is toegezonden. - 4 -

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1990 | | pagina 1368