GEMEENTE BREDA RAADSVOORSTEL Registratie nr Dienst/afdeling Bij lage 1990 300 907913878 OW/RO BETREFT HET NEMEN VAN EEN VOORBEREIDINGSBESLUIT VOOR HET GEBIED VAN DE SPOORZONE. INLEIDING In de vergadering van 21 december 1989 heeft uw raad besloten tot het vaststellen van het Ruimtelijk Beleid in Breda, een structuurplan voor de periode 1988 tot 1998. In het structuurplan zijn voor het gebied van de Spoorzone een aantal gedachten vastgelegd. Deze gedachten zijn uitgewerkt in een structuurvisie voor de Spoorzone welke gevolgd zal moeten worden door een ontwikkelingsschets (zijnde de eerste stap van het bestemmingsplan) Voor een gedeelte van het gebied zijn wel en voor een gedeelte zijn geen bestemmingsplannen van kracht. Op tekening nr. 59847* is een gedeelte van het gebied van de Spoorzone met een zwarte omlijning nader aangegeven. VOORSTEL Te besluiten tot het nemen van een voorbereidingsbesluit voor een gedeelte van het gebied van de Spoorzone, een en ander overeenkomstig het bij dit voorstel behorend concept-raadsbesluit. MOTIVERING/TOELICHTING Indien bouwaanvragen worden ingediend die passen in de ter plaatse geldende bestemmingsplannen moet daaraan medewerking worden verleend. De thans geldende bestemmingsplannen zijn niet in overeen stemming met de ideeën uit het structuurplan voor de periode 1988-1998. Om ongewenste ontwikkelingen te kunnen tegenhouden zou er voor het gehele gebied een voorbereidingsbesluit dienen te worden genomen. Er lenen zich twee gebieden voor het nemen van dit voorbereidingsbesluit n.l. het gebied rond het station waarvoor geen bestemmingsplan geldt en het gebied rond de Teteringsedijk omgeven door de Oosterhoutseweg, het spoor en de Teteringsedijk. Het voorbereidingsbesluit is met name gewenst voor de onbebouwde bedrijfsterreinen grenzend aan het spoor en voor de geldende plannen alwaar bedrijven kunnen worden gerealiseerd die zich niet verhouden tot de visie. Om te voorkomen dat er wordt gebouwd in strijd met de plannen die nu worden uitgewerkt, dient er een voorbereidingsbesluit te worden genomen. Het voorbereidingsbesluit heeft als rechtsgevolg dat ook aan vragen voor bouwvergunningen, die passen in de geldende bestem mingsplannen, aangehouden moeten worden en na een verklaring van geen bezwaar van gedeputeerde staten, alleen dan verleend kunnen worden als vaststaat dat de bouwaanvraag in overeenstemming is met de in voorbereiding zijnde plannen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1990 | | pagina 1407