307 worden afgelegd. Dit alles neemt niet weg dat de geboden start uiterst mager van opzet is. De reikwijdte van het convenant is nog gering en daarmee ook de omvang van de doeluitkering. De in principe positieve beoordeling van het model-convenant blijkt uit de bijgevoegde brief van de VNG en kwam tevens tot uitdrukking in de ondertekening van het convenant door 13 gemeenten op 14 juli j.l. te Rotterdam Voor deze ondertekening was ook de gemeente Breda uitgenodigd. Burgemeester en wethouders besloten echter vanwege een tweetal redenen niet op deze uitnodiging in te gaan. In de eerste plaats bestond er op een aantal punten nog onduidelijkheid over de inhoud van het convenant, met name betreffende het maatwerk voor de gemeente Breda. In de tweede plaats was er geen gelegenheid meer de gemeenteraad te raadplegen over het convenant. Maatwerk De convenanten sociale vernieuwing worden voor aTte gemeenten afgesloten volgens het definitieve model-convenant. In aanvulling hierop worden in artikel 19a van het convenant zogenaamde "maatwerk-afspraken" gemaakt. Het betreft hier afspraken die uitsluitend gelden voor de betreffende gemeente, hetgeen niet uitsluit dat in convenanten van meerdere gemeenten dezelfde maatwerkbepalingen eveneens zijn opgenomen. Verder wordt in bijlage 2B van het convenant het aantal banenpociplaatsen aangegeven waarover de gemeente Breda kan beschikken. De verdeling van deze plaatsen is gebeurd op basis van een landelijke verdeelsleutel die samenhangt met het aantal langdurig werklozen in de gemeente. In een bijlage van de bijgevoegde brief van de VNG d.d. 24 juli, is een overzicht gegeven van de maatwerkafspraken die het rijk heeft gemaakt met de eerste 13 gemeenten die het convenant hebben ondertekend. Daarbij moet opgemerkt worden dat het welzijnsconvenant, dat in het verleden tussen rijk en de vier grote steden werd afgesloten, voor deze gemeenten onder het convenant sociale vernieuwing is gebracht. Het maatwerk voor de gemeente Breda is vervat in het bijgevoegde ontwerp convenant (artikel 19a) waarin tevens is aangegeven dat Breda uiteindelijk 216 banenpoalplaatsen zijn toegewezen, waarvan 108 met ingang van 1991 beschikbaar zijn. Het maatwerk in artikel 19a houdt in dat de gemeente Breda bij voorrang in aanmerking komt voor een tweetal nieuwe experimentele projecten: a. op-stap-prqjecben, gericht op de begeleiding van kansarme ouders bij de opvoeding van hun kinderen om achterstanden al vroegtijdig tegen te gaan; in Breda richt dit prcject zich op ouders van kinderen van 0 tot 6 jaar. b. eerste opvang nieuwkomers, gericht op de opvang van migrantenkinderen die in het kader van de gezinshereniging naar Nederland komen en die door slechte opvang aanpassingsproblemen dreigen te krijgen; in Breda richt dit prcject zich met name op jongeren van 16 jaar en ouder. Verder is een paragraaf opgenomen die betrekking heeft op het minderhedenbeleid van de gemeente. De Minister van Binnenlandse Zaken verplicht zich tot nader overleg met de gemeente over een integraal actieplan minderheden en sociale vernieuwing. Mocht aanvullende

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1990 | | pagina 1434