Artikel 13 Het ingebreke blijven.
1. Onverminderd het bepaalde in artikelen 28b e.v. van de Huurwet
heeft de verhuurderindien de huurder na schriftelijke
sommatie nalatig blijft in de nakoming van enige verplichting
welke ingevolge de wet, de plaatselijke verordeningen en
gebruiken en/of deze overeenkomst op huurder rust,het recht
huurder aan te zeggen,dat:
a. de verhuurder de huur onmiddellijk tussentijds beëindigt;
b. de huurder tot ontruiming moet overgaan
een en ander zonder dat daartoe enige verdere
ingebrekestelling of rechterlijketussenkomst vereist zal
zi jn
2. De huurder zal gehouden zijn om aan de verhuurder te vergoeden
alle schade door de laatste te lijden door de in het eerste
lid bedoelde nalatigheid en/of door de tussentijdse
beëindiging van de huuronverminderd de gehoudenheid van
partijen tot nakoming van die verplichtingen,welke tot aan de
beëindiging van de huur voor elk van hen zullen zijn ontstaan.
3. In geval van wanbetaling van huurpenningen zal de verhuurder
gerechtigd zijn zonder dat sommatie en/of ingebrekestelling
zal zijn vereistrente in rekening te brengen van 1% per maand
over de achterstallige huurpenningengerekend vanaf de eerste
dag van de periode waarover de betaling is verschuldigd.
Artikel 14 Het einde van de huur.
1. De huurder is verplicht om gedurende drie maanden voor het
einde van de huur,alsmede in geval van voorgenomen onderhandse
verkoop het gehuurde tijdens de kantooruren te laten
bezichtingenDag en uur zullen tussen partijen in overleg worden
bepaald
2. Onverminderd het bepaalde in artikel 28 b e.v. van de Huurwet
is de huurder bij het einde van de huur verplicht het gehuurde
tijdig te ontruimen en behoorlijk schoongemaakt in dezelfde
staat behoudens normale slijtage,als waarin het gehuurde is
verkregen ter beschikking van de verhuurder te stellenalsmede
om verhuurder de sleutels ter hand te stellen.
Aldus in tweevoud opgemaakt en ondertekend te Breda d.d.
de verhuurder
de huurder,