SOS
aan de raad der
gemeente Breda
nr. 77
Voorstel van burgemeester en
wethouders om een subsidie te
verlenen aan het Medisch Consul
tatiebureau voor Alcohol en Drugs
ten bedrage van f 4.142.166,00
(incl. gemeentelijke bijdrage).
Wlz/907001545
Inleiding
Tot voor kort kende de verslavingszorg twee geldstromen. Een
rechtstreekse van het ministerie van W.V.C. aan de CAD1s en een
rijksbijdrageregeling (J0J0) via de gemeenten.
In het kader van de tijdelijke financieringsregeling
verslavingszorg (TFV) ontvangt de gemeente Breda met ingang van
1990 f 4.064.644,00 t.b.v. de verslavingszorg (MCAD) in heel
West-Brabant van het ministerie van WVC terwijl de gemeente met
ingang van het budgetjaar 1991 behalve dit budget ook de
JoJo-bijdragen van de gemeenten Tilburg en Roosendaal/Bergen op
Zoom als centrumgemeente zal ontvangen. De TFV is tijdelijk en
duurt 4 jaar en moet gezien worden als een overbrugging naar
een meer definitieve structuur, waarbinnen de financiering van
de verslavingszorg plaatsvindt. Deze financiering is
afhankelijk van de ervaringen met deze regeling en van de
algemene ontwikkelingen rond de structuur en financiering van
de gezondheidszorg. De brief van WVC de dato 5 februari 1990
ligt ter visie.
In dit voorstel gaan wij beknopt in op de stand van zaken
m.b.t. het bestuurlijk overleg tussen de betrokken
portefeuillehouders over een zo evenwichtig en rechtvaardig
mogelijke verdeling over de regio.
Tevens geven wij in hoofdlijnen onze voornemens weer met
betrekking tot het te voeren verslavingsbeleid in Breda.
Verdeling van de middelen (=inzet) na decentralisatie
Op ambtelijk niveau hebben er eind 1969 en begin 1990 enkele
besprekingen plaatsgevonden tussen de gemeenten Bergen op Zoom,
Roosendaal, Tilburg en Breda ter voorbereiding van het
bestuurlijk overleg tussen de portefeuillehouders en een
bestuurlijk overleg van gemeenten met het bestuur van het MCAD
West- en Midden-Brabant. De ambtelijke discussies gingen met
name over de consequenties van de (gefaseerde) decentralisatie
van de verslavingsmiddelen in het kader van de Tijdelijke
Financieringsregeling Verslavingszorg (TFV).
Uit deze discussie zijn voorstellen geformuleerd, die in het in
maart 1990 te houden bestuurlijk overleg met de vier
portefeuillehouders moeten worden geaccordeerd.
Het eerste voorstel betreft de vorm van de samenwerking tussen
de gemeenten. Ambtelijk wordt voorgesteld een lichte vorm van
samenwerking te kiezen middels een periodiek portefeuille
houder so ver leg