4. Partijen doen bij het notarieel transport afstand van het recht om op
grond van het bepaalde in artikel 1302 en 1303 of andere bepalingen van
het Burgerlijk Wetboek ontbinding van de overeenkomst te vragen.
5. De betaling van de koopsom zal geschieden als volgt:
350.000,00 bij het verlijden van de akte van transport, hetgeen
uiterlijk 15 juni 1990 dient te geschieden;
45.000,00 verminderd met de hierna onder 12 bedoelde gebruiksvergoe-
ding, binnen twee weken nadat verkoper het verkochte geheel ontruimd en
bezemschoon ter vrije beschikking van koper heeft gesteld en de sleu
tels heeft ingeleverd bij het gemeentelijk grondbedrijf.
6. Alle kosten op de koopakte, overdracht en levering vallende zijn voor
rekening van de koper.
7. De belastingen en lasten van het gekochte geheven wordende of daarop
drukkende zijn voor rekening van de koper vanaf 1 januari 1991.
8. Over- of ondermaat van het verkochte zal aan geen der partijen enig
recht verlenen.
9. Verkoper is tot geen andere vrijwaring gehouden dan die wegens uitwin
ning
10. In de koopprijs wordt alle schade hoe ook genaamd, die verband houdt
met deze verkoop, geacht te zijn begrepen.
11. De uit de koopakte jegens beide partijen voortvloeiende verbintenissen
zijn ondeelbaar.
12. Verkoper mag het verkochte blijven gebruiken tot het tijdstip dat de
nieuwbouw van de vervangende bedrijfsruimte is gereedgekomen, doch
uiterlijk tot 1 maart 1991. De gebruiksvergoeding bedraagt 3000,00
per maand, welk bedrag in mindering zal strekken op het nog verschul
digd gebleven gedeelte van de koopsom.
Gedurende de periode van voortgezet gebruik blijven alle kosten van
onderhoud voor rekening van verkoper.
Verkoper bewilligt uitdrukkelijk in beëindiging van het gebruik op
voornoemd tijdstip.
Aldus opgemaakt en ondertekend te Breda, dd. april 1990
R.C.J.M. Witte
PCKE/GB520
