3 nr. 100 15. Koper verplicht zich het onder bepaling omschreven kantoorgebouw met bijbehorende parkeerplaatsen en groenvoorzieningen vóór 1 september 1991 gebruiksklaar te voltooien. 16. In geval koper zijn verplichtingen als omschreven in de bepalingen 14 en 15 niet nakomt verbeurt hij, zonder dat enige ingebrekestel ling of rechterlijke tussenkomst is vereist, een direct opeisbare en niet voor matiging vatbare boete van 10.000,00 (zegge: tienduizend gulden) voor elke dag dat hij nalatig is. 17. Op de op de bij dit besluit behorende en als zodanig gewaarmerkte situatietekening van het grondbedrijf Breda nummer 59639, gedateerd 20 april 1990, met een visgraat-arcering aangegeven strook grond dient voor de desbetreffende percelen c.q. eigenaren een erfdienst baarheid van buurweg te worden gevestigd, opdat de aan te leggen parkeerplaatsen per auto bereikbaar en ontsloten zijn vanaf c.q. op de Weilustlaan. 18. Koper of diens rechtverkrijgenden moeten gedogen, dat palen, lantaarnpalen, kabels, draden, isolatoren, rosetten, aanduidings borden en pijpleidingen, voor openbare doeleinden bestemd op, in, aan of boven het verkochte en de daarop opgerichte opstallen worden aangebracht en onderhouden, op de plaatsen waar en de wijze, waarop het college van burgemeester en wethouders dit nodig zal achten; omtrent bedoelde plaats en wijze wordt tevoren met de eigenaarenoverlegd; koper of diens rechtverkrijgenden zijn verplicht al hetgeen krachtens deze bepaling is aangebracht te laten bestaan. Het college van burgemeester en wethouders zal in daarvoor in aanmerking komende gevallen een billijke vergoeding voor als gevolg van de bovengenoemde gedoging werkelijk geleden schade toekennen. 19. De bepalingen onder 7, 10, 11 en 18, alsmede deze bepaling, moeten bij elke vervreemding van het gehele voormelde onroerend goed of een gedeelte daarvan, alsmede bij elke toekenning van een zakelijk genotsrecht op het gehele onroerend goed of een gedeelte daarvan, aan de opvolgende eigena(a)r(en) of de zakelijk gerechtigde(n) worden opgelegd en worden bedongen ten behoeve van de gemeente Breda, tenzij de bedoelde bepalingen inmiddels zijn uitgewerkt; bij niet-nakoming van deze bepalingen verbeurt de nalatige partij, zonder dat enige ingebrekestelling zal zijn vereist, ten behoeve van de gemeente Breda een direct opeisbare boete van 100.000,00. III. te bepalen, dat deze verkoop wordt toegevoegd aan de algemene reserve ten gunste van de milieudienst met uitzondering van een bedrag van 6,00 per m2 exclusief B.T.W. welk bedrag komt ten bate van het grondbedrijf. Aldus besloten in zijn openbare vergadering van 0 7 JUKI 1990 De raad voornoemd,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1990 | | pagina 512