2Achtergrond en doel van het Bijdragenbesluit
Eind jaren '70 is vastgesteld dat het met de uitvoering van
de Hw slecht gesteld was. Door het ministerie is sindsdien
de programmatische uitvoering van de Hw gestimuleerd. In
Breda is in 1983 een Hinderwetuitvoeringsprogramma (HUP)
vastgesteld
Bij het opstellen en uitvoeren van de HUPs is gebleken dat
gemeentelijk milieubeleid tekort schiet vanwege gebrek aan
financiële middelen. Bureau Berenschot heeft becijferd dat
erbij de gemeenten jaarlijks voor de uitvoering van de
Hinderwet, de Wet chemische afvalstoffen, de
lozingsverordening riolering en de aanpak van ondergrondse
olietanks van particulieren f 99,miljoen nodig is.
Het Bijdragebesluit voorziet slechts in f 48 miljoen en is
geen kostendekkende vergoeding. De overige middelen moeten
worden gevonden in de legesinkomsten f 12 miljoen (uitgaande
van een dekking van de kosten van 90%) en de algemene
middelen van de gemeenten f 39,-- miljoen (zijnde het
huidige niveau van uitgaven). De rijksbijdrage wordt aan
gemeenten vergoed opbouwend in de jaren 1990, 1991, 1992,
1993 en 1994 als een bedrag per inwoner.
Het bedrag moet, tezamen met reeds beschikbare middelen, de
gemeenten in staat stellen een voldoende apparaat op te
bouwen voor de uitvoering van de opgedragen milieutaken op
een adequaat niveau.
De bijdrage is met name bedoeld voor de uitbreiding van
personele voorzieningen.
Het Bijdragebesluit bevat ook een stimuleringsregeling voer
milieutechnische samenwerking. Door het ministerie is gecon
stateerd dat een effectief en efficiënt milieu-apparaat
slechts mogelijk is in een gemeente met minimaal 70.000
inwoners. Een dergelijke gemeente kent circa 1.000
hinderwetplichtige inrichtingen, voldoende voor het
aanstellen var. 3 milieutechnici, hetgeen minimaal vereist is
om alle milieutaken aan te kunnen.
Om in aanmerking te komen voor de bijdrage zullen gemeenten
die minder dan 70.000 inwoners hebben, en dus onvoldoende
draagvlak hebben voor een volwaardige eigen milieu-apparaat,
moeten gaan samenwerken. Indien een gemeente op
milieutechnisch gebied gaat samenwerken met andere gemeenten
wordt de bijdrage met 25% verhoogd.
3Verzoek om een bijdrage
Het verzoekformulier met bijlage* is gelijk aan het door ons
eerder vastgesteld concept-verzoek, dat wij om advies hebben
gezonden aan de Regionaal inspecteur van de volksgezondheid
voor de milieuhygiëne. Voor zover ten tijde van de commissie-
c.q. raadsbehandeling van dit voorstel beschikbaar, zal het
advies van de Regionaal inspecteur ter visie worden gelegd.
In het aanvraagformulier wordt aangegeven hoe het huidige
niveau van uitvoering is en hoe planmatig in het jaar 1994
er sprake kan zijn var. een adequaat uitvoeringsniveau. Onder
een adequaat uitvoeringsniveau verstaat de minister van VROM
dat gemeente de taken vergunningverlening, handhaving
(controle en corrigerend optreden) en klachtenbehandeling op
eer evenwichtige wijze aanpakken.
- 2 -
nr. 8