Ingevolge het tweede lid van artikel 5 kan de houder voor een van de reglementsplicht vrijgestelde persoonsregistratie toch een reglement vaststellen. Voor de inhoud van het reglement is artikel 20 van de WPR bepa lend. Daarin is vastgelegd dat in ieder geval de volgende onderwerpen geregeld moeten worden: a. het doel van de registratie; b. de categorieën van personen over wie gegevens in de regis tratie worden opgenomen; c. de soorten van gegevens die in de registratie worden opge nomen en de wijze waarop deze worden verkregen; d. de gevallen waarin opgenomen gegevens worden verwijderd; e. de categorieën van personen en instanties waaraan gegevens uit de registatie worden verstrekt; f. de soorten van gegevens die aan deze personen en instanties worden verstrekt; g. de rechtstreekse toegang tot de registratie; h. eventuele verbanden met andere registraties; i. de wijze waarop geregistreerde personen of hun wettelijke vertegenwoordigers kennisneming en verbetering van de over hen opgenomen gegevens kunnen verkrijgen; j. de wijze waarop geregistreerde personen of hun wettelijke vertegenwoordigers mededeling van verstrekking van hen be treffende gegevens kunnen verkrijgen; k. de hoofdlijnen van het beheer van de registratie. Het reglement is vormvrij Artikel 6 In de toelichting op artikel 2 werd reeds opgemerkt, dat deze verordening ook van toepassing is op de gemeentelijke basisad ministratie persoonsgegevens. Bij of krachtens de Wet GBA zal tot in detail worden bepaald welke gegevens aan welke afnemer zullen worden verstrekt. Twee restcategorieën van verstrekkingen zullen bij het van kracht worden van de Wet GBA echter nog door de gemeente moeten worden geregeld. Het betreft hier de in artikel 6 genoemde on derwerpen. Om de structuur van de regelgeving op basis van de WPR en de Wet GBA bij de gemeente te stroomlijnen, is niet voor een apar te verordening gekozen. Op deze wijze wordt ondubbelzinnig de uitvoering van de toekomstige GBA-wet bij burgemeester en wet houders gelegd. Het spreekt voor zich, dat burgemeester en wethouders bij het uitoefenen van het houderschap voor wat de gemeentelijke basis administratie persoonsgegevens betreft, gebonden zijn aan de Wet GBA. Artikel 6 behoeft pas in werking te treden, wanneer de Wet GBA kracht van wet zal krijgen (zie artikel 13, lid 2). - 9 -

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1990 | | pagina 602