nr. 145
5. Beoordeling van het nader advies van de schadebeoordelingscommissie
In het hiernavolgende zal nader worden ingegaan op het nader advies van de
schadebeoordelingscommissie
AFSTAND EXCESSIVITEITSBEGINSEL
Zoals hiervoor is aangegeven heeft de commissie onder meer op grond van het
expliciet oordeel van de Raad van State en de overwegingen ten aanzien van
de planologische situatie vóór de inrichting van de woonwagencentra afstand
gedaan van het excessiviteitsbeginsel
Het afstand doen van het excessiviteitsbeginsel heeft onze instemming.
NIEUWE RELEVANTE FEITEN EN OMSTANDIGHEDEN
De commissie schrijft in haar nader advies dat haar geen nieuwe relevante
feiten en omstandigheden zijn gebleken welke een aanvulling dienen te vormen
op het uitgangspunt dat voor de schadebepaling het tijdstip vóór en na het
schadetoebrengend evenement genomen dient te worden.
Naar onze opvatting dient het herziene bestemmingsplan "woonwagenstandplaatsen
Ruitersboslaan"waarvan de vaststelling is geagendeerd voor uw vergadering
dd. 28 juni a.s., als nieuwe relevante omstandigheid te worden aangemerkt.
Zoals reeds is aangegeven zullen in het herziene bestemmingsplan "woonwagen
standplaatsen Ruitersboslaan" de twee standplaatsen aan de zijde van de
Montenslaan vervallen. De vervallen standplaatsen zullen met groenblijvende
beplanting worden ingericht, zodat een visuele afscherming tot stand komt
tussen het centrum en (een deel) van de omwonenden. Een en ander betekent
dat een aantal verzoekers binnenkort geen, of in ieder geval veel minder,
direct oogcontact met het centrum zal hebben. Het al dan niet aanwezig zijn
van direct oogcontact is in de jurisprudentie ter zake van verzoeken om
schadevergoeding een doorslaggevend element bij de beoordeling of al dan
niet sprake is van schade ex artikel 49 W.R.O.
In het hiernavolgende zullen wij uitgebreid terugkomen op de jurisprudentie
ter zake van verzoeken om schadevergoeding.
TAXATIERAPPORTEN
De Raad van State merkt in zijn uitspraak dd. 22 maart 1989 met betrekking
tot de rapporten van de schadebeoordelingscommissie op dat deze rapporten
geen vergelijking met de taxaties van de door de verzoekers ingeschakelde
taxateurs mogelijk maken.
Naar aanleiding hiervan heeft de commissie in haar nader advies gemotiveerd
waarom de commissie de taxatierapporten van de door verzoekers ingeschakelde
deskundigen-taxateurs niet in haar oordeelsvorming heeft betrokken. De ter
zake door de commissie gegeven motivering (zie blz. 4 van het nader advies)
spreekt ons aan.
RECENTE RECHTSPRAAK
De commissie geeft aan dat zij bij het bepalen van de waarderelaties met
recente rechtspraak rekening heeft gehouden. De commissie noemt slechts een
uitspraak in het bijzonder namelijk het KB van 17 juni 1987 (Eist). Dit KB
heeft een overwegende rol gespeeld bij het bepalen van de waarderelaties
voor de betrokken woningen aan de Jacob Catssingel en een aantal woningen in
de nabijheid van de woonwagenlocatie Ruitersboslaan.