aan de raad der
gemeente Breda
165
BJZ/906810624
Voorstel inzake het beleid
met betrekking tot speel
automaten en speelautoma-
tenhallen
1Inleiding
De Wet op de kansspelen is voor wat betreft de regeling van
speelautomaten ingrijpend gewijzigd. Deze herzieningswet
alsmede de daarop gebaseerde AMvB Speelautomatenbesluit
zijn in werking getreden op 1 december 1986. Uitgangspunten
van de nieuwe regeling zijn:
rekening houden met de kennelijk aanwezige behoefte bij
het publiek om te spelen met uitzicht op winst;
zwakke groepen in de samenleving beschermen;
redelijke exploitatie moet mogelijk zijn teneinde vlucht
in de illegaliteit te voorkomen.
Het stelsel van de herziene wet komt in hoofdlijn hierop
neer
I. aanwezig hebben van automaten:
a. verboden, behoudens met vergunning van de burgemeester;
b. plaatsing slechts toegestaan in/bij:
horeca-inrichtingen waar alcohol-houdende drank
wordt geschonken ("natte horeca);
overige horeca-inrichtingen ("droge" horeca);
speelautornatenhallen
kermissen e.d.
c. de wet regelt de weigerings- en intrekkingsgronden;
d. aan een vergunning kunnen beperkingen worden verbonden,
bijvoorbeeld qua aantal en soort speelautomaten en aan
de vergunning kunnen voorschriften worden verbonden;
e. de raad kan bij verordening nadere regels stellen
m.b.t. de aan de vergunning te verbinden voorschriften
en beperkingen;
II. exploiteren van hallen (nieuw):
slechts toegestaan indien en voorzover de raad dat be
paalt en wel met vergunning van de burgemeester;
III. exploiteren van automaten (nieuw):
verboden zonder vergunning van minister Economische za-
IV. vervaardigen/invoeren van automaten (nieuw):
verboden, behoudens voorzover de automaat overeenkomt
met een door de minister van Economische zaken toegela
ten model. Modellen worden slechts toegelaten indien
zij voldoen aan eisen, welke enerzijds een rendabele
exploitatie mogelijk maken en anderzijds een te groot
verlies voor de spelers voorkomen.
Er zijn twee typen automaten: kansspelautomaten (deze
mogen geld uitkeren) en behendigheidsautomaten (deze mo
gen geen geld uitkeren doch slechts recht op vrije spe
len)
ken;
