- 2 - 179 - een globale aanduiding van aard en omvang van de voorgenomen activiteit; - een aanduiding van de plaats voor de activiteit; - een aanduiding van het besluit waarvoor het milieu-effectrap port wordt gemaakt. De startnotitie wordt U bij deze ter kennisname aangeboden. Ze is als bijlage bij dit voorstel gevoegd. Conform de bij wet vastgestelde procedure heeft de startnotitie gedurende een maand ter inzage gelegen. Daarnaast zijn aan de wettelijke ad viseurs verzoeken gericht inzake de op te stellen richtlijnen. Deze ontvangen adviezen liggen ter visie. Strekking van de richtlijnen In de richtlijnen wordt aangegeven aan welke aspecten of onder werpen in het bijzonder aandacht dient te worden besteed in het milieu-effectrapport, hoe de beschrijving dient te worden ge structureerd en welke mate van detaillering nodig is. De richt lijnen hebben onder meer betrekking op de te beschrijven alter natieven, op de beschrijving van het milieu en op de te hante ren methoden en technieken voor het voorspellen en beoordelen van effecten. In de richtlijnen kan ook worden aangegeven hoe de inhoud van het milieu-effectrapport en die van projectplan, -nota of vergunningaanvraag op elkaar kunnen worden afgestemd. Een aantal bij wet genoemde instanties moet door het bevoegd gezag worden verzocht om advies uit te brengen over de richtlijnen. Eén van deze instanties is de commissie milieu effectrapportage. Op 22 mei jongstleden is aan voornoemde com missie advies gevraagd. Het door haar uitgebrachte advies is als bijlage bijgevoegd. De reacties van de overige wettelijke adviseurs en de reacties naar aanleiding van de openbare bekendmaking liggen ter visie. Motivering vaststellen richtlijnen In de praktijk kan het advies van de commissie milieu-effect rapportage worden beschouwd als een ontwerp voor de richtlij nen. De commissie milieu-effectrapportage heeft bij de opstel ling rekening gehouden met de ten gevolge van de inspraak aan geleverde reacties. Dit is overigens reeds door ons college aan de insprekers schriftelijk medegedeeld. Aan bovengenoemd advies zijn in dezen toegevoegd de bepalingen uit het bestemmingsplan "Zuid-West, 't Hout". Hierin zijn expliciet bepalingen ten aan zien van het gebruik van een deel van dit gebied opgenomen, hoofdzakelijk gelet op herstel en handhaving van de kwaliteit van het milieu, rekening houdende met de eventuele aanleg van een golfterrein. In de aanbiedingsbrief, behorende bij het ad vies, maakt de commissie milieu-effectrapportage met name op merkingen over de locatiekeuze. In een mondeling overleg heeft de gemeente Breda reeds toegezegd een nadere motivering voor deze keuze aan te leveren. Het ligt echter niet in de bedoeling om voor alle locaties welke bij de afweging een rol hebben ge speeld een milieu-effectrapport op te stellen. Dit is wettelijk ook niet verplicht.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1990 | | pagina 841