aan de raad der
gemeente Breda
BJZ/906807912
199
Voorstel tot ongegrondverklaring van
het door Mr. C.J.G.M. van der Weide,
namens het actiecomité tot behoud van
het speelveld enz., ingediende bezwaar
schrift tegen het voorbereidingsbesluit
voor een terrein, gelegen op de hoek van
de Bilderdijkstraat en de Brederostraat
IInleiding
Op 27 november 1989 besloot uw raad tot vaststelling van een voorbereidings
besluit als bedoeld in artikel 21 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening voor
een terrein, gelegen op de hoek van de Bilderdijkstraat en de Brederostraat.
Dit besluit werd genomen om ter plaatse de bouw van acht vrije sector
woningen voor ouderen (zogenaamde seniorwoningen) mogelijk te kunnen maken.
Tegen dit besluit werd bij schrijven van 20 december 1989 door Mr. C.J.G.M.
van der Weide, namens het Actiecomité tot behoud van het speelveld op de
hoek van de Bilderdijkstraat en de Brederostraat, op grond van de Wet
administratieve rechtspraak overheidsbeschikkingen (wet AROB), een bezwaar
schrift ingediend.
De bezwaren die in het bezwaarschrift, nader toegelicht ter hoorzitting,
worden aangevoerd kunnen als volgt worden samengevat:
a. schending van het zorgvuldigheidsbeginsel bij de gevolgde besluitvor
mingsprocedure
b. handelen in strijd met artikel 55 van de gemeentewet bij het tot stand
komen van het besluit;
c. handelen in strijd met de Wet op de Ruimtelijke Ordening, althans met
de ratio van die wet;
d. het niet aantonen van de urgentie van de woningbouw;
e. besluiten in strijd met gewekte verwachtingen;
f. het ontbreken van een totaalvisie omtrent invulling van de wijk;
g. het ontbreken van een redelijk alternatief voor het te verdwijnen
speelveld
h. onzorgvuldige belangenafweging.
Overeenkomstig het bepaalde in de Regeling behandeling bezwaaren beroep
schriften, is het bezwaarschrift in handen gesteld van de Commissie voor
bezwaar- en beroepschriften, ter voorbereiding van de ter zake te nemen
beslissing
In het kader van deze voorbereiding heeft op 5 april 1990 een hoorzitting
plaatsgevonden. Het proces-verbaal van deze hoorzitting is aan het proces
dossier toegevoegd.
IIHet advies van de Commissie voor bezwaar- en beroepschriften
Ontvankelijkheid
Met betrekking tot de ontvankelijkheid van bezwaarde heeft de commissie
vastgesteld dat het bezwaarschrift met redenen is omkleed, dat het is
ingediend bij het tot beslissen bevoegde orgaan en binnen de daarvoor in de
wet AROB bepaalde termijn, alsmede dat het aangevallen besluit een beschik
king is als bedoeld in de wet AROB.
