- 1 -
RAADSVOORSTEL 1991 242
Registratie nr 917910687
Dienst/afdeling OW/VHV
Bijlage -
BETREFT HET NEMEN VAN EEN AANTAL AANVULLENDE MAATREGELEN IN
HET KADER VAN DE FINANCIËLE SANERING EN VERZELFSTAN
DIGING VAN DE WONINGBOUWVERENIGING VOLKSHUISVESTING
BREDA TOT WONINGCORPORATIE.
INLEIDING
In mei 1988 en januari 1989 heeft uw raad besluiten genomen in
zake het toekennen van financiële bijdragen aan het gemeentelijk
woningbedrijf in het kader van de financiële sanering en de verzelf
standiging tot woningcorporatie, alsmede tot het aangaan van een
overeenkomst met de inmiddels toegelaten woningbouwvereniging
Volkshuisvesting Breda in verband met de overdracht van onroe
rend goed en de financiële verhouding c.a.
In artikel 2, derde lid, van die overeenkomst heeft de gemeente
de principe-bereidheid uitgesproken om onder bepaalde omstandig
heden extra financiële middelen op nader te bepalen wijze ter
beschikking te stellen.
Voorts heeft de Woningbouwvereniging Volkshuisvesting Breda bij
het Centraal Fonds voor de Volkshuisvesting eind 1990* een ver
zoek ingediend voor bedrijfsgerichte steun in de vorm van een
renteloos achtergestelde lening tot een bedrag van
15.000.000,00 zijnde de contante waarde van het geraamde te
kort per 1991.
Deze aanvraag is noodzakelijk omdat de financiële meerjarenprog-
nose tot en met 1999, als gevolg van een nadere inventarisatie
van de onderhoudstoestand van het woningbestand, oploopt tot een
nadelig saldo van 22.000.000,00.
Hierop is een eerste reactie van het Centraal Fonds gekomen ge
dateerd 23 mei 1991*. Daarin wordt onder meer gesteld dat een
herziene aanvraag moet worden ingediend gebaseerd op de meest
recente gegevens en uitgangspunten, en voorzien van de daarbij
behorende stukken. De herziene aanvraag zal niet voor eind
september/begin oktober indieningsgereed kunnen zijn.
Met een beroep op genoemd artikel 2 heeft de Woningbouwvereni
ging Volkshuisvestig Breda om een aanvullende financiële bijdra
ge gevraagd van 4.600.000,000 (dit zijn ramingen), onderdeel
uitmakende van de volgende door de Woningbouwvereniging Volks
huisvesting Breda vanaf eind 1989* aan de orde gestelde zaken,
te weten:
a. een aantal schadeclaims van in totaal 620.000,00 wegens
vermeend nadelig handelen van de gemeente in relatie tot
nieuwbouw-proj ecten
b. een tweede verzoek tot het verkopen van woningwetwoningen tot
een netto-winstbedrag van 2.000.000,00;
c. een verzoek tot omzetting in een eenmalige bijdrage van de
bij de financiële verzelfstandiging toegekende renteloze le
ning van 3.000.000,00 in relatie tot de reeds vermelde aan
vraag bij het Centraal Fonds (aan het rijk is een gelijk ver
zoek gericht ten aanzien van de van deze ontvangen renteloze
lening van 8.000.000,00);