RAADSVOORSTEL vervolg 259 Genoemd heffingenbestand wordt in verband met een te behalen rentewinst zo vroeg mogelijk in het begin van het belastingjaar geautomatiseerd aan de Belastingdienst te Apeldoorn beschikbaar gesteld. Vervolgens berekent deze Belastingdienst de aanslagen, verzendt de aanslagbiljetten en draagt zorg voor de inning en de dwang-invorderingOok de kwijtschelding wordt door de Belas tingdienst verzorgd alsmede de verwerking van de door de ge meente verleende verminderingen en vernietigingen van de aan slagen Op grond van wettelijke bepalingen dienen de gemeenten voor deze werkzaamheden aan de Belastingdienst een vergoeding te betalen, die voor 1991 voorlopig is vastgesteld op 11,60 per aanslag. In de begroting 1991 is daartoe een post opgenomen van 658.300,--. Nieuwe werkwijze Genoemde, door de Belastingdienst verrichte activiteiten worden overgedragen aan de gemeenten. De gemeenten gaan dus zelf zowel de heffing als de dwang-invordering en de kwijtschelding ver zorgen Met betrekking tot deze taakoverdacht is het volgende van belang. Eindigen relatie met de Belastingdienst: per 1 januari 1992 door de Belastingdienst reeds opgelegde aanslagen worden door deze dienst afgewikkeld; per 31 december 1992 openstaande aanslagen waarvoor uitstel is verleend in verband met bezwaar of beroep worden per 1 januari 1993 voor invordering overgedragen aan de gemeenten; aanslagen over oude jaren die per 1 januari 1992 nog niet zijn opgelegd door de Belastingdienst moeten door de gemeen ten zelf worden opgelegd en ingevorderd. Bestuurlijk te treffen maatregelen 1De heffingsverordening moet worden aangepast en wel op de volgende punten: - Regeling van de betalingstermijnen. Ingevolge artikel 296 van de gemeentewet zijn belastingaan slagen invorderbaar in twee gelijke termijnen waarvan de eer ste vervalt op de laatste dag van de maand volgende op die welke in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld, de tweede twee maanden later. In de belastingverordening kan van deze betalingstermijnen worden afgeweken. Bij de invordering van de O.G.B. door de Belastingdienst werden deze betalings termijnen in acht genomen. De Wet overdracht taken 0GB is naar onze mening geen aanleiding om de betalingstermijnen te wijzigen mede gelet op het feit dat een verlenging van deze termijnen een renteverlies tot gevolg zal hebben. Daarom is in artikel 10 van de ontwerp-verordening onroerend-goedbelas- tingen een ongewijzigde betalingstermijn opgenomen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1991 | | pagina 2413