259b
- 10 -
water worden verwijderd vóór het verstrijken van
het jaar, waarvoor het recht wordt geheven.
Deze ontheffing wordt berekend op zoveel twaalfde
gedeelten als het aantal kalendermaanden van het
lopende jaar bedraagt, welke bij het eindigen van
het gebruik of genot van de grond of het water, of
bij het verwijderen van de voorwerpen, onder, op of
boven die grond of dat water, nog niet zijn
ingegaan
Artikel 35
Delegatie Burgemeester en wethouders kunnen een of meer
gemeente-ambtenaren aanwijzen die in hun plaats
treden met betrekking tot de uitvoering van enige
wettelijke bepaling betreffende de heffing of de
invordering van de belasting.
Artikel 36
Overdracht
bevoegheid
verzending
aanslagbil
jetten
Burgemeester en wethouders kunnen bepalen dat voor
de terpostbezorging of uitreiking van aanslagbil
jetten ingevolge artikel 8, eerste lid, van de
Invorderingswet 1990 (Stb. 221) voor de gemeente
ontvanger of de op grond van artikel 127a van de
gemeentewet aangewezen functionaris een andere
gemeente-ambtenaar in de plaats treedt.
Artikel 37
Nakoming van
verplich-
tingen
De verplichtingen bedoeld in de artikelen 47, 50
en 51 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen
(Stb. 1959, 301) en in de artikelen 58 en 61 van de
Invorderingswet 1990 (Stb. 221) gelden mede jegens
de door burgemeester en wethouders aangewezen
ambtenaren der gemeentelijke belastingen.
Artikel 38
Betalingen
De belastingaanslagen zijn invorderbaar één
maand na dagtekening van het aanslagbiljet of
van de nota.
De betaling geschiedt uitsluitend door middel
van een van gemeentewege verstrekte stortings-
of overschrijvingskaart
Artikel 39
Aangifte
Het formulier van het aangiftebiljet wordt bij
afzonderlijk raadsbesluit vastgesteld.