gemeente Breda
RAADSBESLUIT 1991 281
Registratie nr 916809554
Dienst/afdeling SECR/BEL
De raad van de gemeente Breda;
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders en met
overname van de daarin vermelde overwegingen;
gelet op artikel 300 van de gemeentewet, artikel 26 van de
Invorderingswet 1990 en de uitvoeringsregeling Invorderingswet
1990
vast te stellen de volgende regeling met betrekking tot het
verlenen van kwijtschelding van gemeentelijke belastingen.
1Met betrekking tot aanvragen om kwijtschelding van de
onroerend-goedbelastingen en hondenbelasting is de
uitvoeringsregeling invorderingswet 1990 van toepassing.
2. Van de aanslag hondenbelasting wordt ten hoogste
kwijtschelding verleend tot het bedrag, dat betrekking heeft
op het tarief voor het houden van één hond.
3. Verzoeken om kwijtschelding van onroerend-goedbelastingen en
hondenbelastingen dienen binnen twee maanden na dagtekening
van de aanslag te worden ingediend.
1. Met betrekking tot aanvragen om kwijtschelding van
afvalstoffenheffing en rioolrecht is de uitvoeringsregeling
invorderingswet 1990 van toepassing, met dien verstande dat
bij de berekening van het netto-besteedbaar inkomen dit
netto-besteedbaar inkomen wordt verhoogd met één/twaalfde van
de in het betreffende belastingjaar verschuldigde aanslagen
in de onroerend-goedbelastingen en hondenbelasting
2. Terzake van de in het eerste lid bedoelde aanvragen wordt het
netto-besteedbaar inkomen in acht genomen van de maand,
volgende op de maand waarin de afrekening van de PNEM Breda
is verzonden.
3. Verzoeken om kwijtschelding van de in het eerste lid bedoelde
heffingen dienen te worden ingediend binnen twee maanden,
volgende op de maand waarin de afrekening van de PNEM Breda
is verzonden.
Artikel 3
Geen kwijtschelding wordt verleend van leges, marktgeld, haven
geld, precariorechten en parkeergeld.
besluit
Artikel 1
Artikel 2
Artikel 4
Geen kwijtschelding wordt verleend indien het kwijt te schelden
bedrag 20,-- of minder bedraagt.
