gemeente Breda
RAADSVOORSTEL 1991 302
Registratie nr 917909567
Dienst/afdeling OW/RO
Bijlage -
BETREFT VERZOEK TOT TOEPASSING VAN ARTIKEL 19 W.R.O. VOOR EEN
PERCEEL GELEGEN AAN DE VALENTIJNLAAN
INLEIDING
Bij brief van 7 mei 1991 heeft Mr. R.A.H. Post namens de heer
Th. Schouten, Bavelselaan 180 te Breda, aan uw Raad verzocht om
vrijstelling van de bepalingen van het Bestemmingsplan
Mariaveld-Wolfslaar 1977 om aan de Valentijnlaan één woning te
bouwen.
VOORSTEL
Voorgesteld wordt om geen vrijstelling te verlenen op grond van
artikel 19 en 19A W.R.O. om de bouw mogelijk te maken van een
woning achter de boerderij aan de Bavelselaan.
MOTIVERING/TOELICHTING
Bij brief van 5 juni 1990 heeft architect Haverman namens de
heer Schouten aan de directeur openbare werken om commentaar
verzocht over twee schetsen voor het gebied achter de boerderij
aan de Bavelselaan 180. Een schets ging uit van de bouw van drie
woningen langs de Valentijnlaan en de andere schets ging uit van
negen woningen (drie aan de Valentijnlaan en zes gelegen achter
de bebouwing aan de Bavelselaan en ontsloten vanaf de
Bavelselaan)Tevens vroeg de architect om toepassing van
artikel 19 W.R.O.
Bij brief van 1 augustus 1990 heeft de directeur openbare werken
geantwoord dat het ongewenst werd geacht om vooruit te lopen op
de herziening van het bestemmingsplan omdat het de vraag is of
woonbebouwing achter de Bavelselaan wenselijk is, en hoe in het
op te stellen bestemmingsplan de relatie met de buurt Overakker
en het landelijk gebied wordt vormgegeven. Tevens is aangegeven
welke mogelijkheid het bestemmingsplan wel biedt, namelijk om
één woning te bouwen naast de boerderij in de voorgevelrooilijn
van de naastgelegen woningen. Ook heeft de directeur nog nadruk
kelijk aangegeven dat er geen toezeggingen gedaan zijn over het
toestaan van de bedoelde woningbouw.
Vervolgens heeft de heer Schouten zelf aan ons college gevraagd
om 9 woningen te mogen bouwen achter de Bavelselaan en heeft de
architect een schetsplan ingediend om achter de Bavelselaan één
woning te mogen bouwen. Onder verwijzing naar de brief van 1
augustus 1990 heeft de directeur openbare werken op 5 oktober
1990 de architect meegedeeld dat het schetsplan vanwege de bepa
lingen van het bestemingsplan niet verder in behandeling zou
worden genomen. Naar aanleiding van opmerkingen hierover van de
heer Schouten heeft de directeur openbare werken dit standpunt
nog eens herhaald bij brief van 7 november 1990.
Ook ons college heeft dit standpunt ingenomen in een brief van
25 februari 1991 naar aanleiding van een verzoek hiertoe van Mr.
R.A.H. Post namens de heer Schouten.