Met betrekking tot het verzoek van belanghebbenden en het door de schadebeoordelingscommissie uitgebrachte advies merken wij het volgende op. In de vergadering van 7 juni 1990* heeft uw raad het verzoek van de heer van der Dussen ontvankelijk verklaard en een schadebe- oordelingscommissie benoemd. Het onroerend goed van belangheb benden is gelegen aan de Nieuwe Huizen en gesitueerd tegenover het gerealiseerde bouwplan de "Dromedaris". Dit gebouw is over een breedte van 3Om langs de Nieuwe Huizen gelegen en heeft een hoogte van ruim 12m. Verzoekers hebben vanuit hun woning direct uitzicht op de zijgevel van de "Dromedaris" en de zich daarin bevindende raampartijen. De afstand van de voorgevel van de betrokken woningen tot de "Dromedaris" is 10m. De schadebeoordelingscommissie is van oordeel dat de afstand tussen het onroerende goed van verzoekers en de gevel van het gebouw de "Dromedaris" door de planologische wijziging ten gevolge van het artikel 19 WRO-besluit niet of nauwelijks is gewijzigd. Wel waren de woningen voorheen optisch gezien aantrekkelijker gelegen. De artikel 19 WRO-procedure was nodig omdat het ontwikkelde bouwplan aan de kant van de Nieuwe Haagdijk/Haagdijk de bebou- wingsgrenzen van het bestemmingsplan overschreed. De overschrijding betrof de op de verdiepingen gelegen woningen. Op de begane grond bleef het bouwplan binnen de bebouwinsgrenzen van het geldende bestemmingsplan. Hier bevinden zich enige commerciële ruimten en enige voorzieningen voor de bovengelegen woningen. Door Gedeputeerde Staten werd op 27 januari 1988 de verklaring van geen bezwaar voor het bouwplan afgegeven en op 29 maart 1988 werd de bouwvergunning afgegeven voor de bouw van 18 woningen en 2 winkels. Naar de mening van de schadebeoordelingscommissie kan de beperk te overschrijding van de oorspronkelijk toegelaten hoogte in het toen geldende bestemmingsplan niet leiden tot een kwantificeer bare waardevermindering van de betrokken woningen. Ten aanzien van de uitbreiding van de bouwmassa door toepassing van de anticipatieprocedure is de schadebeoordelingscommissie van oordeel, dat het pand onder het voorgaande planologische regime optisch aantrekkelijker gelegen was dan thans, aangezien de wat naar voren gebouwde verdiepingen boven de begane grond van het gebouw de "Dromedaris" het "inzicht" in de straat Nieuwe Huizen heeft verminderd. De schadebeoordelingscommissie stelt dat niet kan worden voor bijgegaan aan het feit dat verzoekers op het tijdstip dat het artikel 19 WRO-besluit onherroepelijk werd (28 februari 1988) het betrokken onroerende goed aan de Nieuwe Huizen 5/7 en 5a/7a bij akte van 19 april 1983 per 31 december 1982 aan hun kinderen respectievelijk nichten/neef verkocht hebben, onder het voorbe houd van het zakelijk recht van levenslang gebruik en bewoning. - 2 - RAADSVOORSTEL vervolg 308

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1991 | | pagina 2991