VOORSTEL 1. De inhoud van het Beeldkwaliteitsplan Centrumgebied Tuinzigt voor kennisgeving aan te nemen. 2. De aan het Beeldkwaliteitsplan toegevoegde plankaart betref fende de stedebouwkundige randvoorwaarden Centrumgebied Tuinzigt vast te stellen en te hanteren als uitgangspunt bij de opstelling van het bestemmingsplan Tuinzigt. MOTIVERING/TOELICHTING Uitgangssituatie Met de goedkeuring van de ontwikkelingsschets voor het Centrum gebied door de raad is een basis gelegd voor de uitvoering van de diverse deelplannen in het gebied. De schets biedt de uit gangspunten voor het in december 1991 te presenteren ontwerp- bestemmingsplan Tuinzigt. In maart 1991 is voor het desbetref fende gebied een voorbereidingsbesluit genomen door de raad. Voor een aantal plannen zal een artikel 19-procedure doorlopen moeten worden. De ontwikkelingsschets kent een hoog maatschappelijk draagvlak en heeft een hoge potentie voor wat betreft de te realiseren ruimtelijke kwaliteit. De verwachtingen t.a.v. de uitwerking zijn hoog gespannen en de samenhangende kwaliteitsvraag staat in alle overleggen centraal. Een aantal realisatoren laten hun in vestering in belangrijke mate afhangen van de benoemde kwaliteit van het integrale eindprodukt. Verschillende ontwikkelaars, beheerders en gebruikers zijn, tot op bouwplanniveau, van elkaar afhankelijk. Het proces tot nu toe (ontwikkelingsvisie - ontwikkelingsschets) is geslaagd vanwege een actieve rol van de gemeente, gericht op de produktie van een zo breed mogelijke consensus. De ontwikkelingsschets biedt een kader op bestemmingsplanniveau voor verdere planontwikkeling. Waarom een Beeldkwaliteitsplan? De raad heeft bij de behandeling van de schets uitdrukkelijk gevraagd om extra aandacht voor de architectuur en ruimtelijke kwaliteit in het desbetreffende gebied. Het voornoemde bestemmingsplankader biedt te weinig mogelijkhe den om deze kwaliteiten veilig te stellen. Het instrumentarium van de gemeente ter beïnvloeding van de ruimtelijke kwaliteit is in de huidige praktijk beperkt. De toetsing van bouwplannen vindt plaats via de reguliere kanalen van Ruimtelijke Ordening (sanctionerende toetsing op bestem mingsplan) Bouw- en Woningtoezicht (bouwverordening) en Wel stand (artikel 34 bouwverordening, redelijke eisen van wel stand) In deze toetsing zitten een aantal problemen: De capaciteit van Ruimtelijke Ordening is te beperkt om bij de toetsing van plannen veel verder te gaan dan formele toetsing op het al of niet aanwezige bestemmingsplankader. - 2 - RAADSVOORSTEL vervolg 313

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1991 | | pagina 3057