- 3 -
RAADSVOORSTEL vervolg 313
Bouw- en Woningtoezicht beperkt zich node tot de uitvoering
van haar wettelijke verplichtingen.
Het Welstandscollege wordt vaak te laat ingeschakeld bij
processen van integrale planvorming en toetst dientengevolge
individuele bouwinitiatieven.
De ontwerpers van de buitenruimte (Civieltechniek en Natuur en
Landschap) mogen vaak pas na invulling van de diverse
bouwplannen de "restruimte" invullen met een
woonomgevingsontwerp, als sluitpost van de ruimtelijke
kwaliteit.
Er vindt, zeker bij complexe planvormingsprocessen als het
onderhavige, vaak te weinig communicatie plaats in een vroege
fase van het planproces tussen gemeente en opdrachtgevers.
In de discussies, welke landelijk gevoerd worden rond het archi
tectuurbeleid, worden deze problemen in hun algemeenheid benoemd
(zie o.a. de nota "Ruimte voor Architectuur" van de ministeries
van VROM en WVC en de publikatie "Kwaliteit als opdracht van
openbaar bestuur" naar aanleiding van het initiatief onder de
gelijknamige titel van het Nederlands Architectuur Instituut
i.s.m. de VNG en de directie Coördinatie Bouwbeleid VROM). In
deze discussies worden naast een voorbeeldfunctie van de over
heid als opdrachtgever ook de privaat- en publiekrechtelijke
mogelijkheden van de overheid uitgemeten.
Centraal hierin staat een actieve, stimulerende rol van de
locale overheid en een goede samenwerking van opdrachtgever/
ontwerper en gemeente.
In het debat wordt ook regelmatig gewezen op het "gat", dat be
staat tussen het bestemmingsplan en het bouwplanniveau. Het
hangt in sterke mate van de procescondities en de factoren in
het proces af, hoe dit gat wordt ingevuld.
Ten behoeve van het Centrumgebied is onderkend dat de kwali
teitsvraag in een vroege fase van het planproces met betrokkenen
aan de orde dient te komen. In de uitwerking van de ontwikke-
lingsschets is de afweging gemaakt tussen een "superviserend"
architect of stedebouwer (methode Overkroeten) of de produktie
van een Beeldkwaliteitsplan*. Vanwege de duur van het project en
het schaalniveau is de keuze op het laatste gevallen. Het
Centrumgebied is een uitstekende gelegenheid om bij wijze van
experiment (vooruitlopend op de Architectuurnota) deze construc
tie toe te passen, temeer daar deze methode direct in het
verlengde ligt van de gemeenschappelijke planvorming (met
betrokkenen) in de fase van de visie en de schets. Tegen deze
achtergrond is aan het bureau Villanova uit Rotterdam opdracht
gegeven om in overleg met de ambtelijke werkgroep een Beeldkwa
liteitsplan te produceren.
