RAADSVOORSTEL vervolg 319
Turkse en Marokkaanse jongeren én hun ouders. Met collectieve en
individuele voorlichtingen werden 337 leerlingen en ouders
bereikt. De voorlichting leverde een bijdrage aan een toename
van het aantal allochtone leerlingen. De afname van het aantal
allochtone deelnemers aan het KMBO (volletijd) betreft leer
lingen die eerst een oriënterend/schakelend programma nodig
hebben. Het aantal leerlingen aan directe beroepsgerichte
opleidingen daalde niet.
Aanpak 1991-1992:
Specifieke (buitenschoolse) voorlichting aan de doelgroep
realiseren in aanvulling op bestaande voorlichting door decanen
en reguliere consulenten.
Door systematische samenwerking met de Minderhedenwerkwinkel
sneller plaatsen van allochtonen in het leerlingwezen. De
Minderhedenwerkwinkel is bereid in dit verband tot nauwe samen
werking te komen (zie aanbevelingsbrief bij de subsidieaanvra
ge) Volwassenen worden expliciet als doelgroep voor beroepson
derwijs beschouwd.
Het streven is er enerzijds op gericht het aantal allochtone
leerlingen in het dag-KMBO te doen stijgen naar het niveau van
vorig jaar. Anderzijds dient het aantal allochtone leerlingen in
het leerlingwezen op het huidige niveau te worden gehandhaafd,
hetgeen - gelet op het hoge niveau dat dit jaar onverwacht snel
werd bereikt - reeds de nodige inzet zal vragen.
Hoofdtaak II.
Het verbeteren van de plaatsbaarheid van allochtonen op prak
tij kleerplaatsen.
Resultaat 1990-1991:
Door intensieve individuele contacten (huisbezoeken) met leer
lingen én ouders konden de jongeren worden gemotiveerd om actief
naar praktijkleerplaatsen te zoeken. Dit werd gecombineerd met
contacten met landelijke consulenten van leerlingstelsels voor
de acquisitie van deze plaatsen.
Ondanks de vaak terughoudende opstelling van werkgevers om
allochtone jongeren in praktijkleerplaatsen te laten instromen
is deze hoofdtaak zeer succesvol uitgevoerd: 86% van de-leer
lingen had een leerarbeidsovereenkomst (39% in 1989-1990).
Aanpak 1991-1992:
In nauwe samenwerking met de Minderhedenwerkwinkel onverminderd
blijven streven naar plaatsing in praktijkleerplaatsen. Inten
sief werkgevers benaderen in m.n. die sectoren waar zich grote
tekorten aan leerlingen onbezette praktijkleerplaatsen)
voordoen