- 11 - RAADSVOORSTEL vervolg 323 genaamd "onvoorzien")welke in totaal een bedrag beloopt van afgerond 1.119.000,(exclusief B.T.W.). Daarnaast wijzen cash-flow becijferingen uit dat er voordelige rente effecten op kunnen treden die er toe leiden dat de binnen het budget opgenomen post voor renteverliezen tijdens de bouw mogelijk slechts voor een beperkt deel behoeft te worden aange sproken. Dit wordt veroorzaakt door het feit dat de tijdens de bouw beschikbare kapitaallasten mede kunnen dienen om rente-ef fecten te elimineren. Overigens zal het feitelijke verloop van de betalingen alsmede de verschuldige rente in rekening courant van invloed zijn op de einduitkomst Tot slot herhalen wij het in ons voorstel van mei geformuleerde en door Uw raad onderschreven uitgangspunt dat alle niet beno digde middelen welk relatie hebben met het onderhavige project zullen worden gespaard teneinde risico's te kunnen opvangen. Hiertoe is een "reserve St. Janstraat" ingesteld. Voor een nadere detaillering van de risico's en niet voorziene zaken verwijzen wij naar overzicht 10 van de "financiële over zichten" 3. Overige financiële aspecten a. (Afkooprisico loon- en prijsstijgingen tijdens de bouw Zoals reeds gememoreerd zijn de offertes gebaseerd op het loon- en prijspeil van december 1991. De werkelijke kosten worden in principe verrekend op grond van de feitelijke ontwikkelingen gedurende de bouwperiode. De ontwikkeling daarvan is onzeker. Deze onzekerheid, waarvoor binnen het investeringsvolume een bedrag is opgenomen, kan worden afgekocht. Wij geven de voorkeur aan afkoop teneinde meer "zekerheid" te hebben omtrent de stich- tingskosten. Uw raad wordt gevraagd ons college te machtigen om het risico van loon- en prijsstijgingen tijdens de bouw af te kopen binnen het daarvoor in het investeringsbedrag geraamde bedrag, (zie voor het geraamde bedrag overzicht 3 onder fase 1) b. Startdata en wiize van afschrijving Uit een oogpunt van het jaarlijks gelijkmatig belasten van de exploitaties van de instellingen die het gebouw "huren" van de dienst Welzijn heeft een afschrijving op basis van annuïteiten de voorkeur boven een lineaire afschrijving. Wij stellen U voor hiertoe te besluiten en daarbij de volgende afschrijvingstermijnen aan te houden: - grondkosten niet afschrijven - bouwkosten 4 0 jaar - technische installaties: 20 jaar - inrichting 10 jaar Met betrekking tot de aanvang van de afschrijving willen wij eerst tot afschrijving overgaan met ingang van 1 januari volgen de op het tijdstip waarop de oplevering heeft plaatsgevonden. Dit mede vanwege het feit dat na de opleveirng de bestaande gebouwen nog moeten worden afgestoten. Uit de opbrengst van deze gebouwen moeten de nog daarop drukkende boekwaardes worden

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1991 | | pagina 3181