wethouders. Met name in het kader van de uitvoering van de Sub
sidieverordening welzijn 1987. Subsidiebesluiten werden tot nu
toe genomen door burgemeester en wethouders, waartegen dan be
roep openstond op de gemeenteraad. Eind 1990 heeft het college
besloten om een groot aantal bevoegdheden ter uitvoering van de
subsidieverordening te delegeren aan de directeur van de dienst
Welzijn. Tegen diens beslissingen staat bijgevolg niet langer
beroep open op de gemeenteraad, doch op burgemeester en wethou
ders
5.5 tussentijds ingetrokken enz.
De rubriek "tussentijds ingetrokken -of anderzins niet leidend
tot een commissie-advies" behoeft enige toelichting. In deze za
ken is het weliswaar nooit tot een formeel advies van de commis
sie gekomen, doch dat wil geenszins zeggen dat de commissie geen
invloed heeft gehad. Voor een aantal is die invloed er inderdaad
niet geweest. Sommige bezwaar- en beroepschriften werden kort na
binnenkomst weer ingetrokken uit eigener beweging. Eij een aan
tal andere echter was die intrekking een gevolg van een bereikt
compromis. Dat gebeurde soms in een vergevorderd stadium van de
behandelingsprocedure, waarbij de hoorzitting ten overstaan van
de commissie al was gehouden. Soms werd op instigatie van de
commissie een periode ingelast gedurende welke "partijen" konden
onderzoeken of een minnelijke oplossing mogelijk was, vooral als
tijdens de hoorzitting bleek dat de wederzijdse standpunten niet
onverzoenbaar waren of als er van kennelijke vergissingen sprake
was. In een dergelijk geval werd dan afgesproken dat de commis
sie haar advies gedurende die periode aan zou houden, in afwach
ting van nadere berichten. Soms ook was de intrekking naar mag
worden aangenomen het gevolg van een duidelijke aftekening tij
dens de hoorzitting van de richting waarin het advies van de com
missie zou gaan.
Op de rubriek "uitkomst advies" zal verderop in dit hoofdstuk
aan de hand van een afzonderlijke tabel worden teruggekomen.
5.6 evaluatiepuntmede-advisering door de betrokken dienst
In de huidige werkwijze krijgt de dienst de gelegenheid om een
mede-advies uit te brengen. Uit de cijfers blijkt, dat dit vrij
wel altijd bewilligend is, ook in gevallen waarin de commissie
tot een gegrondverklaring adviseert.
Niettemin heeft de dienst de mogelijkheid om een afwijkend mede
advies uit te brengen, teneinde het beslissend bestuursorgaan te
bewegen om - zij het goed gemotiveerd - af te wijken van de door
de commissie bij wijze van advies voorgelegde concept-beslis
sing. In 1989 is door de betrokken dienst 4 maal een dergelijk
mede-advies uitgebracht. In 2 gevallen was dit voor het gemeen
tebestuur aanleiding om daadwerkelijk af te wijken van het
commissie-advies. Bij de in 1990 geregistreerde zaken is het tot
nu toe 1 keer gebeurd dat de dienst een afwijkende opvatting on
der de aandacht van het beslissend orgaan bracht. Er werd niet
temin besloten overeenkomstig het commissie-advies
- 12 -